top of page

“Dankzij STO Twente kunnen we cruciale doelen realiseren”

De STO subregio Rijssen-Holten draagt actief bij aan het realiseren van de doelen van STO Twente. We spraken daarover met Aart van ’t Veld, bestuurder van en eindverantwoordelijk voor CSG Reggesteyn. Ook is Aart lid van de Stuurgroep STO Twente: “Mijn aanbeveling voor de toekomst van STO Twente zou zijn, dat we ons met meer middelen concentreren op een minder aantal doelen.”

Urgente doelen realiseren dankzij STO Twente 

Al vanaf de start van het STO-programma was het belang ervan voor Aart en zijn onderwijscollega’s evident: “We zijn een brede scholengemeenschap, van pro tot gymnasium, met daarbinnen een relatief grote technische vmbo-afdeling. We zagen en zien de nodige uitdagingen voor onze leerlingen in deze technische afdelingen. Enerzijds het dalend aantal leerlingen en anderzijds de urgentie om hen al op jonge leeftijd proberen te interesseren voor techniek en technologie. Dit op basis van een inspirerend en kwalitatief lesaanbod. Zonder extra inspanningen zou dat niet gelukt zijn, en met STO Twente kwamen die mogelijkheden in huis. Daarom waren we al vanaf het begin enthousiast over de mogelijkheden die STO Twente onze regio biedt.”


Tussenstand   

STO Twente is inmiddels enige tijd onderweg. Durft Aart een tussenstand op te maken vanuit zijn regio? “Die tussenstand is wat mij betreft positief, met enkele kanttekeningen. Positief is dat we zowel Twente breed als in mijn eigen regio Rijssen-Nijverdal echt werk hebben gemaakt van de doorgaande leerlijnen. We hebben gericht ingezet op het al in het primair onderwijs onder de aandacht brengen van techniek en technologie. Zo bezoekt ook het primair onderwijs op onze uitnodiging ons Technolab in de vestiging in Rijssen. Een inspirerende plek om zowel leerlingen van onze eigen school als van basisscholen te laten ontdekken wat er allemaal met techniek en technologie mogelijk is.”


Stimulerende rol van Kampus 

Eveneens noemt Aart het nieuwe initiatief Kampus in Rijssen: “Kampus wordt dé plek voor innovatief vakmanschap in West-Twente. Waar jong en oud hun talenten leren ontdekken én waar je alvast beroepen kunt ervaren. Ook Reggesteyn werkt hierin volop mee in de samenwerking tussen ondernemers, onderwijs en overheid voor de doorgaande leerlijn vmbo-mbo. Een mooi voorbeeld? Onze BWI-leerlingen hebben inmiddels les op Kampus in plaats van in ons eigen schoolgebouw. En onze PIE-leerlingen gaan volgend jaar ook naar Kampus toe.”


Pas op voor de wet van de remmende voorsprong  

De STO subregio Rijssen-Holten onderhoudt vanuit het onderwijs van oudsher stevige banden met het regionale technische bedrijfsleven. Aart: “Dat zit verweven met onze sociaal-maatschappelijke structuur. Het technisch onderwijs hier is bijvoorbeeld heel goed aangehaakt bij de opleidingscentra van de ondernemers. En vergeet niet: het helpt heel goed als je plaatselijke overheid daar een stimulerende rol in speelt. Maar, als bestuurder is dit positieve gegeven voor mij ook altijd een soort winstwaarschuwing. Pas namelijk op voor de Wet van de remmende voorsprong; je denkt dat je het redelijk op orde hebt, maar er blijft altijd ruimte voorhanden om nieuwe winst te behalen.”


Aanbeveling voor dubbele verbreding 

Het is cruciaal dat we nu alle inspanningen en resultaten voor de komende jaren gaan verduurzamen, benadrukt Aart: “Dan is het goed als je probeert weg te komen bij het projectmatige karakter van STO Twente en structureel gaat leren denken en doen over deze materie. Vanuit mijn persoonlijke visie betekent verduurzamen ook inzetten op technologie en niet alleen op techniek. Daarbij aandacht houdend voor de technische doelen in het vmbo en tegelijkertijd kijkend naar andersoortige profielen. Ik pleit ervoor dat STO vanuit haar brede programma ook verder investeert, zoals de door ons gewenste investering in het Technasium. De subsidieverstrekker ziet dat anders, terwijl ik het juist toejuich om techniek en technologie breed onder de aandacht van jongeren te brengen. Kortom, ik pleit voor een dubbele verbreding van STO Twente: ruimer dan alleen de technische profielen en ook voor andere schoolrichtingen dan alleen vmbo.”


Lokaal leerpunt  

Aart gaf al aan: de tussenstand van STO Twente ziet hij als positief-kritisch. Maar waar zit wat hem betreft dan het kritische element? “Dan noem ik een leerpunt voor de STO-subregio Rijssen-Holten zelf. In onze school, subregio en Twente breed zijn we allemaal heel enthousiast gestart met heel veel projecten. En dat is begrijpelijk. Maar minder is meer. Het gevaar is dat je door de brede verdeling van de uiteindelijk beperkte capaciteit versnippering in de hand werkt. Ik denk dat we de komende jaren het aantal doelen en projecten beter kunnen verminderen en daardoor aan nog meer kracht winnen.”

bottom of page