top of page

Hans Meinders met pensioen: boegbeeld STO Twente blikt terug en ziet de toekomst in vertrouwen tegemoet

Na een gevarieerde loopbaan van 45 jaar in het onderwijs ging Hans Meinders in april met pensioen. Zijn laatste werkzame jaren stonden onder andere in het teken van STO Twente. Als projectleider/penvoerder stond hij in Twente aan de wieg van dit grootschalige project. Tijd voor een terugblik: “Wat ons enorm helpt, is dat we de goede mensen aan boord hebben. Van docenten op de werkvloer tot en met de projectleiding en stuurgroep. Hoe we de grote STO-regio Twente bij elkaar houden? Ik denk met gezond boerenverstand en vertrouwen.”

Hans doorliep een veelzijdige carrière in het onderwijs. “Ik begon als sportleraar, werd docent biologie en rondde uiteindelijk een studie onderwijsmanagement af. Vanaf 2005 mocht ik adjunct-directeur zijn van Twents Carmel College (TCC), locatie Potskampstraat.” Hans pakte rond 2019 op eigen initiatief de allereerste voorbereidingen voor STO Twente op: “Ik herinner mij nog goed in 2019 de eerste plenaire overleggen met de vertegenwoordigers van de vijf subregio’s.” Al snel kreeg TCC het verzoek het penvoerderschap op zich te nemen en werd Hans gevraagd als projectleider/penvoerder de kar te trekken, hierin volledig gesteund door de stuurgroep. STO Twente was van meet af één van de grootste STO-regio’s in Nederland. Hans: “OCW vroeg zich af hoe wij al die kikkers in de kruiwagen zouden houden. Hoe we de 21 deelnemende scholen de afgelopen jaren inderdaad wisten te verbinden? Met gezond boerenverstand en vertrouwen, denk ik. Wat mij verheugt, is dat de verbinding tússen de deelnemende vmbo-scholen enorm is verbeterd. Ik zie dat de scholen elkaar ontmoeten, elkaar weten te vinden en vanuit het STO-perspectief van elkaar leren. Deels omdat we dit organiseren zoals via de STO Cafés en de regelmatige bijeenkomsten tussen de STO regioleiders, maar ook ontstaan deze verbindingen organisch.”


Typisch Twents teamwork 

Hans benadrukt dat STO Twente teamwork is: “We hebben de goede mensen aan boord gekregen. Neem Marieke Rinket als programma manager. Zij is inhoudelijk heel sterk in het externe onderwijsveld en weet daar goed op te sturen. Thaisa Rougoor voert alle kwaliteitscontroles op een professionele manier uit. En met Corné Luijkx hebben we een uitstekende financiële professional binnen STO Twente. Met Robert Vreijsen van Aavas subsidieadvies kregen we een heel goed administratiekantoor aan boord. Robert en Corné borgen dus alle financiële en administratieve verantwoording, cruciaal bij een subsidieproject van deze omvang. Ook laten we regionaal en landelijk met onze gerichte en frequente communicatie zien dat er hier heel veel gebeurt binnen STO Twente. Die consequente beeldvorming naar buiten toe, zoals naar OCW en de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I), is belangrijk.” Hans somt in vogelvlucht enkele verworvenheden van STO Twente tot nu toe op: “Een betere technische inventaris in de scholen en eveneens meer samenwerking tussen de scholen. Ook wordt er meer geleerd buiten de scholen en in de bedrijven en zien we meer mensen uit het bedrijfsleven in de scholen.”


Goed getimed moment voor pensionering

De beëindiging van de eerste subsidieperiode van STO was oorspronkelijk gepland op 1 januari 2024. Hans: “Ik voorzag dat die datum mooi kon samenvallen met mijn pensioengerechtigde leeftijd. Dit leek mij een goed moment voor de afronding voor mij van dit project dat ik ook heb mogen helpen starten.” Echter, inmiddels is de einddatum van de eerste subsidieperiode verschoven. Eerst naar 1 juli 2024 en vervolgens naar de verwachte, maar nog niet formeel vastgestelde datum 1 januari 2025, mede doordat corona de start van STO vertraagde. Op grond van die verschuivingen zou de afronding van de eerste fase van STO Twente alsnog ná de pensioengerechtigde leeftijd van Hans komen te liggen. Daarom besloot Hans eerder met pensioen te gaan, en wel in april 2023. Hans: “Dit biedt de kans aan een nieuwe projectleider/penvoerder om mijn werk over te nemen in de nog lopende eerste periode en goed voorbereid te starten aan de twééde subsidieperiode voor STO.”


Nieuwe verdeling van taken  

Hoe krijgt de organisatie van de projectgroep voor STO Twente vorm met het vertrek van Hans? “Marieke neemt meer inhoudelijke taken op zich en dat geldt ook voor Corné. Marjan Weekhout, rector van TCC, neemt mijn rol als verbindende projectleider/penvoerder over. Zij is al goed ingevoerd omdat zij eveneens voorzitter is van de stuurgroep van STO Twente. De continuïteit is dus geborgd.”


Aandacht voor tussentijds extra budget  

Overigens koppelde de minister aan de tweede verschuiving van de einddatum van de eerste periode van 1 juli 2024 naar 1 januari 2025 een éxtra budget voor een heel jaar. Althans, dit bericht bereikte STO Twente in de wandelgangen. Hans: “Een opmerkelijk voornemen, een soort tussentijdse financiële sprint. Eén van mijn laatste acties als projectleider/penvoerder in april 2023 was om met de Twentse regioleiders en de financials te brainstormen over hoe we dit tussentijdse extra budget zo zinvol mogelijk kunnen besteden. Let wel: de formele bevestiging van dit tussentijdse extra geld en onze bijbehorende inspanningsverplichting is er nog niet.” Hans tekent nog iets aan: “Elke euro subsidie willen we maximaal effectief en integer besteden. We geven geen geld uit omdat we het geld nu eenmaal hebben.”


Vooruitblik naar tweede STO-periode  

De tweede periode van STO loopt in principe van 2025 tot 2029. Hans: “De eerste periode was een transitieperiode voor de minister om te zien wat wel en niet werkt binnen STO. En wat wel werkt kan doorgezet worden, wellicht met wat bijsturing. Daarom is er ook altijd gesproken over structurele gelden die niet aan de lumpsum worden toegevoegd. Dit betekent dat wij STO Twente vanaf de start niet aanvlogen als een project met een einddatum, maar al vanaf dag één als programma dat langer zou doorlopen. We overleggen voortdurend over hoe de inmiddels opgestarte activiteiten zijn te bestendigen voor de langere termijn. Mooi ingerichte Technolabs? Prima, maar we willen ook borgen dat deze over vier jaar nog een actuele functie hebben. Die lange termijn visie vanuit het fundament van een doorlopend programma en niet vanuit een eindig project tekent onze aanpak.”


Nieuwe STO-geoormerkte gelden  

Voor de periode 2025 – 2029 verwacht Hans dat dezelfde verdeelsleutel zal opgaan: “Het aantal leerlingen in de techniekprofielen per school bepaalt hoeveel middelen de school krijgt. Ook voor de tweede periode geldt dat het geen lumpsum zal zijn, maar STO-geoormerkte gelden. Tegelijkertijd wachten we nog steeds op de officiële uitleg van de minister over hoe we geacht worden de tweede periode van STO aan te vliegen. De ministeriële brief hierover is al in de zomer van 2022 aangekondigd en tot op heden uitgebleven. Dit is niet echt productief vanuit onze kaders, richtlijnen en werkwijzen. Veel STO-activiteiten en -investeringen gaan óver de eerste subsidieperiode heen. Denk aan financiën, afschrijvingen en vooral ook personele verplichtingen die we aangaan. Bestuurlijk en financieel gezien betekent dit voor STO een soort stilstand, want we gaan pas verplichtingen aan als we zeker weten dat we daar de gelden voor gaan ontvangen.”


Planningsspagaat vmbo-scholen 

Hans kan goed begrijpen dat deze luwte tot onzekerheid kan leiden. Hans: “Vooral ook omdat de deelnemende vmbo-scholen traditioneel in het voorjaar, dus nú, bezig zijn met het inrichten van het komende schooljaar, gebaseerd op het verwachte aantal leerlingen en aantal benodigde docenten. Er is nu heel weinig tijd om hierop te anticiperen vanuit STO Twente. Want STO Twente is vooral ménsenwerk waarvoor we collega’s vrijmaken die al heel druk zijn met hun reguliere werk. Daarom is het zo jammer dat de minister talmt met de officiële bevestiging van de toegezegde gelden.”


Voordeel van twee petten 

Hans had tijdens de afgelopen periode twee petten op die hem enorm hebben geholpen: “Enerzijds was ik projectleider/penvoerder voor STO Twente, anderzijds zat ik aan tafel bij de schoolleiding van Twents Carmel College, locatie Potskampstraat. Waarbij de Oldenzaalse STO-belangen onder de goede hoede zijn van Marjolein Wolbers. Ik stond dus ook nog met één voet in de school. Daardoor zag ik op TCC wat de impact is van STO Twente op de dagelijkse praktijk binnen de school. Een voorbeeld? Ik wist uit ervaring wat het betekent als je besluit om het primair onderwijs in je school uit te nodigen. Dat gevoel en inzicht hebben geholpen. Het biedt een groot voordeel als je het projectleiderschap voor een dergelijk groot programma niet uitbesteedt, maar binnen je eigen onderwijsveld houdt. Dit besluit heeft ons erg geholpen. Zo kon ik bijvoorbeeld Marieke Rinket adviseren over de gevolgen binnen de scholen van bepaalde beslissingen vanuit STO Twente. Na 45 jaar in het onderwijs weet je de achtergrond van zaken en waarom bepaalde dingen in het onderwijs lopen zoals deze lopen.”


Monitoren met stoplichtmodel  

Alle activiteiten en aandachtspunten binnen STO Twente worden regelmatig gemonitord: “Vanuit de projectgroep maken we regelmatig een rondje langs de vijf subregio’s. Kernvraag? Doen we de goede dingen en doen we die goed? We gebruiken daarvoor per subregio een stoplichtmodel: heb je je doelen gehaald? Ben je onderweg? Of sta je nog ver af van realisatie? Elke activiteit is daarmee helder voorzien van een visueel signaal. Dit is voor intern gebruik, maar ook als onderlegger voor midterm reviews en voortgangsrapportages. Het werkt motiverend en activerend. Uiteraard leveren we op inhoud en financiën ook voortgangsrapportages aan DUS-I aan.”


Pensionering: emotioneel een grote stap 

Hoe ervaart Hans het besluit om met pensioen te gaan? “Rationeel nam ik het besluit snel, emotioneel heb ik langer de tijd nodig gehad om het te laten bezinken. Binnen het onderwijs heb ik 45 jaar met veel plezier en met fantastische collega’s mogen samenwerken. Het is, denk ik, begrijpelijk dat ik dit leven ga missen. Kiezen is ook verliezen.” Inmiddels ziet Hans zijn pensionering als een, zoals hij het zo mooi zegt, ‘wenkend perspectief’: “Ik kan meer tijd aan mijn kinderen en kleinkinderen besteden. Bijvoorbeeld mijn dochter ga ik helpen bij een verbouwing. Ook hoop ik ruim baan te kunnen maken voor twee grote hobby’s van mij: fietsen en meubels maken. Voor dit laatste heb ik thuis een werkplaats met nagenoeg alle bewerkingsapparatuur.”


Leerzaam: meedraaien op de werkvloer 

In het eerste jaar waarin Hans vanwege zijn leeftijd op vrijdag vrij was, draaide hij mee in een BWI-klas alsof hij één van de leerlingen was: “Te midden van hen en hun docenten heb ik de nodige technische kneepjes opgepikt, zoals voor het goed en veilig bedienen van machines. Het is heel leuk en leerzaam om gewoon eens met een klas mee te draaien. Zo ontdekte ik jonge leerlingen die met houtbewerking een werkstuk slimmer en sneller aanpakken dan ik! Maar ook zie je hoe beslissingen op managementniveau daadwerkelijk uitpakken in een klas. Mijn conclusie na dat meedraaien? We hebben hier op TCC hele leuke, aardige leerlingen én bevlogen docenten!”

bottom of page