top of page

261 items gevonden

  • Leerlingen M&T subregio Oldenzaal aan de slag op ROC van Twente

    Leerlingen M&T subregio Oldenzaal aan de slag op ROC van Twente Een belangrijk doel van STO Twente is het opzetten en bestendigen van de samenwerking vanuit het technisch vmbo met ROC van Twente. De subregio Oldenzaal geeft daar inmiddels concreet handen en voeten aan. Derdejaars leerlingen M&T van Twents Carmel College gingen op maandag 10 juli aan de slag met een serie uitdagende opdrachten op ROC van Twente. Nico Kuipers is docent M&T op TCC en blikt tevreden terug: “Dit is een hele welkome aanvulling waardoor onze leerlingen M&T nog gerichter doorstromen naar ROC van Twente.” Verdieping en verbinding naar ROC van Twente Nico Kuipers: “De STO-activiteit voor een lijn tussen Twents Carmel College (TCC) en ROC van Twente is belangrijk. Wij hebben we al vanaf de start van STO Twente in gang gezet. We hebben ROC van Twente actief benaderd voor overleg over de samenwerking. De vragen die centraal stonden in ons overleg? Welke doelstellingen hebben we met deze activiteit en ook: hoe zouden we deze samen kunnen realiseren?” ROC van Twente ging positief mee in de vraag van TCC. Nico: “Dé gezamenlijke insteek was om onze derdejaars leerlingen M&T een verdiepende opdracht mee te geven. Dit geeft onze leerlingen een beter beeld van de vervolgopleidingen op mbo-niveau, met al zijn kenmerken. Ook ontdekken de leerlingen dat wat zij aan de Potskampstraat leren in onze praktijklokalen direct aansluitend wordt opgepakt als zij doorleren op ROC van Twente. Kortom, alles draait om de doorlopende verdieping en verbinding naar ROC van Twente.” Zes concrete opdrachten Samen met ROC van Twente keken Nico en zijn collega-docent Gerwald Leusman naar het M&T-onderwijs op het TCC en op ROC van Twente. Nico: “Uit die vergelijking kwam een zestal zinvolle opdrachten naar boven. In groepjes hebben onze leerlingen die daadwerkelijk op 10 juli op ROC van Twente uitgevoerd.” Nico vat de opdrachten kort samen: “Denk aan remblokken vervangen, werken met de Basis Elektro Trainer van Electude en werken met de schuifmaat. Maar ook een opdracht waarmee de leerlingen een koelsysteem van een verbrandingsmotor visueel controleren. Evenals een verdiepende opdracht waarbij zij het koelsysteem controleren met speciaal testgereedschap. Allemaal opdrachten waarmee wij proberen hun enthousiasme aan te wakkeren en hen laten inzien dat er binnen hun profiel M&T nog hele mooie doorgroeimogelijkheden liggen op mbo-niveau.” Extra uitdaging Nico, Gerwald en praktijkinstructeur Gerard Oude Tijdhof arriveerden op ROC van Twente met 25 leerlingen: “Deze hebben we verdeeld in vijf roulerende groepen. Elk groepje voerde de opdrachten uit in een tijdspanne van 20 minuten.” Nico benoemt nog graag specifiek de leerlingen: “Dit zijn nog jonge mensen die bij ons een eerste start hebben gemaakt in het vmbo-onderwijs. We hebben de opdrachten eerst op TCC doorgenomen. Ze wisten wat er van hen gevraagd ging worden. Uiteraard waren deze opdrachten niet helemaal nieuw; deze hadden we bewust gekozen. Immers, in het vierde jaar worden zij hierop landelijk geëxamineerd. Met de voorbereidende kennis en kunde vanuit TCC hebben ze de opdrachten op ROC van Twente uitgevoerd. Maar wel met de uitdagende insteek dat deze opdrachten nét iets verder gingen dan zij bij ons aan de Potskampstraat al gedaan hadden. Natuurlijk is dit spannend voor hen, het zijn allemaal nieuwe en leerzame ervaringen. We mogen concluderen dat alle leerlingen het netjes hebben opgepakt; de opdrachten en alle indrukken en ervaringen eromheen.” Ook belangrijk: nadere kennismaking met ROC van Twente zelf Naast de verdiepende opdrachten, zien Nico en zijn collega’s dit bezoek eveneens als een uitgelezen kans voor de leerlingen om kennis te maken met ROC van Twente. Welke sfeer heerst er op het mbo? Welke houding wordt er van je verwacht? Wat was eigenlijk de reisafstand en reisroute naar ROC van Twente? Hoe stellen de docenten zich op? In kleine groepjes vond ook een rondleiding plaats. Nico: “Die ervaringen tijdens de doe-opdrachten geeft de leerling die zijn of haar antennes heeft uitgestoken richting ROC van Twente hopelijk een vertrouwd gevoel. Die indrukken hebben we kunnen versterken met een rondleiding, al roulerend met de praktijkopdrachten.” Nico noemt graag de collegiale ondersteuning van de docenten van ROC van Twente: “Bij iedere groep zijn de collega’s van ROC van Twente ingezet om de activiteiten te begeleiden. Ook de schoolleiding kwam langs om ons de hand te schudden en de groep te ontvangen.” Actuele koppeling school en werkpraktijk Nico en zijn collega’s van M&T zijn blij met STO: “De schoolleiding van TCC heeft ons al bij de start van STO meegenomen in dit programma. Dus konden we ook al snel beginnen met de ontwikkeling van activiteiten en in het kielzog daarvan de aanschaf van materialen. We hebben dankzij STO Twente bijvoorbeeld uitlijnapparatuur aan kunnen schaffen. Dit zit maar gedeeltelijk in het programma, maar kunnen we voor de leerlingen wel als verdieping meenemen. Hierdoor krijgen zij nu al mee hoe bijvoorbeeld werkplaatsen dit soort apparatuur inzetten bij vervangingen en de bijbehorende nieuwe instellingen. Ook kozen we er bewust voor een oscilloscoop aan te schaffen, een wezenlijk onderdeel in de werkplaatsen om ons heen om ingewikkelde storingen op te kunnen lossen. Leerlingen die op stage gaan, komen dit soort diagnoseapparatuur gegarandeerd tegen.” Het is de bedoeling om de bezoeken aan ROC van Twente vanuit het profiel M&T ook in de toekomst te organiseren, besluit Nico. MENU

  • STO Twente haakt aan bij Week van de Logistiek

    STO Twente haakt aan bij Week van de Logistiek De logistieke sector is een topsector in Twente met ongeveer 35.000 logistieke banen. Kortom, veel kansen voor bedrijven én werknemers. Ook in de logistiek nemen de technische innovaties toe dus focust STO Twente eveneens op deze sector. Tijdens de jaarlijkse Week van de Logistiek krijgt iedereen de kans om de logistiek zelf te beleven. En dat begint al op het vmbo! Dit jaar vond de Week van de Logistiek plaats op 16, 17 en 18 maart in de gastgemeente Oldenzaal. Het TCC locatie Postkampstraat was er uiteraard bij! Gerwald Leusman is docent M&T op het Twents Carmel College. Samen met zijn collega-docent M&T begeleidde hij de leerlingen van het TCC naar het Oldenzaalse bedrijf Bleckmann: “Op vrijdag 17 maart gingen we per fiets op bezoek met derdejaars Basis en Kader leerlingen van Mobiliteit & Transport van de locatie Potskampstraat, in totaal 26 leerlingen.” Loopbaankansen voor logistieke mbo’ers Ooit is Bleckmann gestart als een lokale Nederlandse en Belgische verlener van logistieke diensten voor bedrijven in de modebranche. Inmiddels is het bedrijf uitgegroeid tot een grote een internationaal opererende specialist. Bleckmann biedt veel loopbaankansen voor logistieke mbo’ers en die zijn uiteraard allemaal een keer gestart op het vmbo, hier ligt de link met STO Twente. Immers, ook in de transport en logistiek rukken techniek en technologische innovaties op. Neem warehouses, ofwel magazijnen; digitalisering en robottechnieken ondersteunen de medewerkers hier steeds vaker. Keuze uit zes workshops Gerwald blikt enthousiast terug: “In het kader van de Week van de Logistiek kregen onze leerlingen uitleg over het warehouse en alles wat daarbij komt kijken.” De leerlingen mochten zelf meedoen met maar liefs zes verschillende workhops. Zoals meerijden in een truck, een pallet inpakken met plastic folie en het uitvoeren van een opdracht met een VR bril. Gerald: “Ook konden ze een app downloaden en zo meedoen aan een logistieke game.” Eveneens kregen de 26 leerlingen praktische uitleg over het gebruik van een heftruck en een palletwagen. Vooral nuttig voor de middenmoot die nog twijfelt Gerwald: “De opzet van de Week van de Logistiek, en specifiek ons bezoek aan Bleckmann, was leerzaam. Voor de meeste leerlingen was het een compleet nieuwe ervaring. In onze klas weten een paar leerlingen al heel zeker dat ze later de logistiek in willen, bijvoorbeeld als truckchauffeur. Een aantal leerlingen kiest absoluut niet voor deze sector, weten ze nu al. Maar de grote middenmoot? Die weet het nog niet precies en juist voor hen is dit een waardevol bezoek. Zij ontdekken wat transport & logistiek in de praktijk betekent en wat er allemaal bij komt kijken. Dankzij dit soort bezoeken ontwikkelen zij een beter beroepsbeeld. Dit helpt hen hopelijk bij een gerichte keuze.” Eenmaal terug op school, in de eerste praktijkles in de week na het bezoek, is er met de leerlingen teruggekeken op het bezoek. Gerwald juicht STO Twente toe, en ook de aandacht daarbinnen voor transport en logistiek. Nuttig voor docentenprofessionalisering STO Twente focust niet alleen op leerlingen; ook de docentenprofessionalisering krijgt aandacht. Draagt dit soort bezoeken, zoals aan Bleckmann, bij aan de beroepsuitoefening van Gerwald als docent M&T?: “Zeker! Tijdens zo’n bezoek zie ik toch altijd zaken waar ik van leer, die ik niet kende, of niet zo goed kende. Met name op het gebied van technologische ontwikkelingen binnen deze sector. Maar daar moet je ook voor openstaan, en dat doen we!” MENU

  • Masterclass circulair bouwen raakt kinderen én docent

    Masterclass circulair bouwen raakt kinderen én docent Op de Praktijklocatie van het Erasmus in Almelo vond op 24 mei de masterclass circulair bouwen plaats. Leerlingen van basisscholen uit Almelo e.o. leerden er door hergebruik van materialen een duurzame lamp van karton te maken. Thea Bennink is docent schilderen Praktijkonderwijs OSG Erasmus: “We hopen hen hierdoor te interesseren voor de combinatie van duurzaamheid en techniek. En ook dat ze wat genuanceerder tegen techniek aankijken.” Onderdeel maken van de circulaire economie Deze masterclass heeft als doel kinderen al op jonge leeftijd onderdeel te maken van de circulaire economie. Thea: “De bijna 30 kinderen van groep 7 of 8 maakten van afvalmateriaal een lamp. Zo leren ze wat je allemaal met techniek kunt doen en hoe leuk dit is.” Het enige nieuwe materiaal was een kaarslampje met een batterijtje. Vervolgens mochten zij de lamp mee naar huis te nemen. Thea: “Voor hun ouders is dit ook interessant. Ze zien waartoe hun kind technisch in staat is en dit kan het gesprek openen om later gericht te kiezen voor techniek.” Goede voorbereiding De leerkrachten van de basisscholen van de deelnemende leerlingen gaven voorafgaand aan de masterclass een voorbereidende les over afvalverwerking, de circulaire economie en het hergebruiken van materialen. Dit lesmateriaal was kant-en-klaar te downloaden van www.baanbrekendleren.nl . Thea: “De leerlingen gingen in een vervolgles op de basisschool zelf aan de slag door zelf her te gebruiken materialen te verzamelen. Denk aan karton en draad om ribben te maken van de lamp. En een vetertje. Door deze twee lessen kwamen zij al goed voorbereid naar ons toe.” Inzet van innovatieve technieken Op het Praktijkonderwijs in de klas van Thea vond het praktische vervolg van de masterclass plaats. Thea: “De PO-leerlingen krijgen van een VO-leerling een demonstratie over figuurzagen met een figuurzaagmachine. Daarna volgde een demo over het lasersnijden van de twee houten onderdelen van de te maken lamp. Bij deze demo’s keken ze mee, want het waren te veel kinderen om dit allemaal zelf te doen. De PO-leerlingen zetten vervolgens hun eigen lamp in elkaar met de meegenomen ribben die ze eerder op de basisschool hadden gemaakt. Hierbij leerden ze hoe je karton kunt bewerken en hoe je hier een vorm op overbrengt. Ook leerden ze de lampenkap te versieren met oude tijdschriften. Als het goed is, valt dan het kwartje waarbij de leerlingen inzien waarvoor je de geleerde technieken kunt gebruiken. Dat draagt positief bij aan hun beeld van techniek, dat vaak nog wat beperkt of bevooroordeeld is. Ook krijgen ze een beter beeld van duurzaamheid en circulariteit omdat dit project 100% draait om de upcycling van de materialen die zij zelf meenemen.” Magisch moment Thea ziet wat het met de leerlingen doet: “Ze beginnen ergens mee, hebben nog niet echt een idee en ineens hebben ze een lamp! Een magisch moment waarbij we hopen dat ze inzien hoe gaaf techniek is. We leren ze ook dat als zij volwassen zijn en een huis gaan bouwen, dat dit met circulaire materialen kan. Je ziet dat deze leerlingen dit nu al inzien.” Een ander voordeel: in de masterclass wordt direct voldaan aan vier tot vijf kerndoelen van het basisschoolvak Wetenschap & Terchnologie, verankerd in het lesmateriaal. Dit ter ondersteuning van de docenten. Tot slot: de leerlingen krijgen een kijkje in het Praktijkonderwijs. Thea: “Tegen de basisschoolleerlingen heb ik gezegd dat hier de leerlingen zitten die later hun huizen gaan bouwen, zonnepanelen installeren en meer. Dan zie je ze kijken en het besef daalt in.” Docentontwikkeling Deze masterclass betekent ook een verrijking voor Thea zelf, een belangrijk doel van STO Twente: “Mijn vak is schilderen. Daar red ik het niet meer mee. Leerlingen willen meer, ze willen anders. Dankzij STO Twente maak ik ook mijzelf allerlei nieuwe technieken eigen. Neem de lasermachine; ik weet nu hoe die werkt. We haalden hier een VR bril binnen, prachtig! En vanuit mijn schildersvak wil ik strak meer naar de Sign-kant zodat de leerlingen met een plotmachine leren werken. Door STO Twente gaan mij de ogen open dat leerlingen straks ook in dit soort beroepen uitstromen. Dingen maken met de computer? Dat kunnen deze kinderen prima. Sterker nog: ze kunnen mij nog heel wat leren!” MENU

  • STO subregio Almelo e.o. op bezoek bij opleidingscentrum Kampus in Rijssen

    STO subregio Almelo e.o. op bezoek bij opleidingscentrum Kampus in Rijssen De STO subregio Almelo e.o. oriënteert zich graag breed, dus ook buiten het werkgebied. Zoals op woensdag 21 juni met een bezoek aan het gastvrije opleidingscentrum Kampus in Rijssen. Een uitgelezen moment om aansluitend ook te vergaderen over alle lopende en voorgenomen STO-zaken, in een door Kampus beschikbaar gestelde overlegruimte. Opleidingscentrum voor veelzijdig vakmanschap Rond de 15 STO-collega’s uit Almelo e.o. werden hartelijk ontvangen door Anniek van Buren. Zij is verantwoordelijk voor de marketing van REMO West-Twente, één van de partners van Kampus. Anniek verzorgde een veelzijdige rondleiding langs alle opleidingsdeelnemers in Kampus. Anniek: “Kampus is een opleidingscentrum in Rijssen voor verschillende vakopleidingen uit sectoren waarin veel vraag is naar talentvolle vakmensen, van bouw, installatietechniek en zorg tot en met retail. De opleidingspartners in Kampus zijn ROC van Twente, REMO, Bouwmensen en Zorggilde.” Daarnaast hebben de netwerkpartners van Kampus, onder meer in de transport en logistiek, infra en interieurbouw, een belangrijk aandeel in het nieuwe concept. Het viel de STO-collega’s op dat bij alle vakopleidingen de allerlaatste hoogwaardige apparatuur voor de leerlingen stond opgesteld. Anniek: “Dit is het resultaat van onze nauwe samenwerking met het bedrijfsleven.” STO Twente partner CSG Reggesteyn actief betrokken Ook STO Twente partner CSG Reggesteyn is actief betrokken om leerlingen uit de bovenbouw bij Kampus les te kunnen geven. Anniek: “Het doel van Kampus, met daarbinnen het Experience Center, is dat het ook vmbo-leerlingen motiveert om een beroep in de techniek te kiezen.” Niet voor niets is CSG Reggesteyn al in Kampus actief met de afdelingen BWI en PIE bij respectievelijk Bouwmensen en Remo. Sterker nog: het souterrain van REMO wordt momenteel volledig ingericht als volwaardig PIE-lokaal voor het voortgezet onderwijs. Na de herfstvakantie zal het deels in gebruik zijn voor de PIE-leerlingen van CSG Reggesteyn. Experience Center: alle vmbo-leerlingen uit Twente zijn welkom Hart van Kampus is het Experience Center. Dit wordt de innovatieve etalage voor nieuwe trends en ontwikkelingen in de bouw, de zorg, retail en techniek. Anniek: “Hier zal het bruisen van de energie, waar bedrijven zich presenteren en hun nieuwste innovaties lanceren. Jongeren en volwassenen kunnen in het Experience Center nieuwe skills ontdekken, hun talenten ontwikkelen en daar vervolgens verder mee aan de slag. Het Experience Center wordt ook een plek voor verbinding, ontmoeting en branche overstijgende samenwerking en zal openstaan voor leerlingen van het vmbo uit heel Twente.” Koninklijk bezoek! Koning Willem-Alexander bezocht woensdag 28 juni opleidingscentrum Kampus in Rijssen, samen met minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Een enorme eer met ook een groot aantal positieve reacties. Aansluitende vergadering Na de inspirerende rondleiding en een kop koffie gingen de bezoekers uit Almelo e.o. rond de tafel om een aantal STO-gerelateerde onderwerpen door te nemen. Zoals de inhoud en de jaarplanning van het succesvolle concept van school overstijgende keuzevakken en ook de plannen hiervoor in het schooljaar 2023 – 2024. Ook de overlegstructuur binnen STO Almelo e.o. kwam aan bod met enkele aanpassingen om dit nog meer gestructureerd en efficiënter aan te vliegen. Tot slot kwam ook de voortgang over de nieuw te ontwikkelen hybride app naar voren, waarover in het najaar meer te lezen is in de nieuwsbrief van STO Twente. Namen de STO subregio Almelo: “Kampus, bedankt!” MENU

  • Rijssen-Holten zet inhoudelijk sterk 2e STO Café neer

    Rijssen-Holten zet inhoudelijk sterk 2e STO Café neer De geslaagde organisatie van het 2e STO Café lag in handen van de STO subregio Rijssen-Holten (CSG Reggesteyn en De Waerdenborch). De presentatie van Edo Tempelman van Techni Science over STEAM en vakoverstijgende technologieën leverde actuele inzichten op. Ook de naborrel in het Technolab van Reggesteyn was gezellig en zinvol. De ideeënuitwisseling tussen de vijf subregio’s van STO Twente kwam mooi op…STEAM! Gerard Rutterkamp, regioleider STO Twente Rijssen-Holten, gaf de inleidende aftrap voor een grote groep deelnemers aan dit 2e STO Café: “De kracht van onze subregio? Heel snel schakelen met de drie O’s op basis van vertrouwen, onze eigenheid bewaren en tegelijkertijd goed samenwerken met de andere regio’s binnen STO Twente.” Gerard benadrukte dat STO Twente inmiddels in alle harten van de deelnemers zit, ook in de subregio Rijssen-Holten. Een terechte uitspraak die smaakvol kracht werd bijgezet door een hartvormige traktatie, gemaakt én geserveerd door de leerlingen Horeca, Bakkerij en Recreatie van de scholen uit de subregio Rijssen-Holten. Daarna gaf Gerard het woord aan de beide STO-projectleiders Marcel Vaneker en Maarten Scholten. In de subregio Rijssen-Holten focussen zij momenteel op meerdere doelen. Ontwikkeling online platform Technolabs Maarten: “Eén van onze doelen, is het ontwikkelen van een online platform waarmee basisscholen een bezoek aan en gebruik van de leermiddelen van onze Technolabs kunnen reserveren. Dit geeft aan hoe belangrijk wij de lijn vinden vanuit onze scholen naar het basisonderwijs in onze regio. Ook kunnen de basisscholen via dit platform bedrijfsbezoeken aanvragen bij de techniekbedrijven die bij ons zijn aangehaakt. Uiteraard kunnen ook de eigen docenten van CSG Reggesteyn en De Waerdenborch via dit platform het Technolab en de leermiddelen reserveren voor hun eigen lessen.” Oprichting bureau externe contacten Marcel: “Tot slot wordt er hard gewerkt om in dit platform een stagezoekmachine voor leerlingen op te nemen. Vertrekkend vanuit onder andere hun kerndoelen en kernkwaliteiten krijgen zij vervolgens op basis van hun postcode een aantal bedrijven uit hun omgeving aangeboden die zij kunnen benaderen voor hun stage. Immers, onderzoek wijst uit dat leerlingen makkelijker een relatie opbouwen met een bedrijf dat op fietsafstand van hun ouderlijk huis ligt. Ook werken we aan de oprichting van een bureau externe contacten. Hierin centraliseren we alle kennis die docenten van zowel De Waerdenborch als CSG Reggesteyn hebben over hun contacten met bedrijven voor stages, gastlessen en bedrijfsbezoeken. Dit betekent dat techniekbedrijven voor al deze activiteiten geregistreerd komen te staan met één aanspreekpunt. Dit brengt overzicht en rust en voorkomt dat techniekbedrijven voortdurend vanuit alle hoeken benaderd worden. Andersom wordt het zo duidelijk voor de bedrijven bij wie zij op onze beide scholen moeten zijn. Hiermee verduurzamen we al deze kennis en maken we deze niet langer persoonsafhankelijk.” Stichting Zwaluwstaarten Tot slot schetste Maarten de ontwikkeling rondom de stichting Zwaluwstaarten: “Het basisonderwijs heeft de verplichting W&T in het curriculum op te nemen. Er ligt nu een Wetenshap & Techniek lessenreeks vanuit de Stichting Zwaluwstaarten voor alle groepen in het basisonderwijs. Dit is gebaseerd op het concept van de 7 Werelden van Techniek. Leerlingen krijgen op de basisschool een voorbereidende les over een bepaald onderwerp. Vervolgens komen zij naar ons Technolab om de bijbehorende uitvoerende les te volgen. Afgerond met weer een bijpassende les op de basisschool. Deze lessen zijn opgebouwd volgens het principe van Onderzoekend en Ontwerpend Leren. Marcel: “Binnenkort starten vanuit Holten de eerste basisscholen die met het concept van de Zwaluwstaarten aan de slag gaan. Kortom, een laagdrempelige manier om leerlingen kennis te laten maken met de 7 Werelden van Techniek. Daar zit altijd wel een ‘wereld’ bij waar leerlingen affiniteit mee hebben. Een mooi en praktisch project waarmee we een eenvoudig uitvoerbare lijn leggen tussen basisonderwijs en vmbo.” Presentatie STEAM STEAM is een Engelse afkorting voor Science, Technology, Engineering, Art en Mathematics, dus: wetenschap, technologie, ontwerp, kunst en toegepaste wiskunde. STEAM-onderwijs stimuleert competenties als programmeren, samenwerken, creatief denken en onderzoeken. Bij uitstek competenties die techniekonderwijs en de doelen van STO versterken. De presentatie van Edo Tempelman van Techni Science over STEAM en vakoverstijgende technologieën leverde mooie inzichten en gesprekken op. Edo: “Door technologie en digitalisering gaan beroepen zoals we die nu kennen compleet veranderen. Met STEAM bereiden we leerlingen daar nu al op voor.” En toen was het tijd om te netwerken in het Technolab van CSG Reggesteyn. Alle bezoekers kregen tot slot een MENU

  • Bliq filmpje: blik op hydrauliek

    Bliq filmpje: blik op hydrauliek Het Twents Carmel College biedt op de locatie Potskampstraat het profiel Mobiliteit en Transport aan. Vakken die daar geleerd worden zijn bijvoorbeeld motorconditie testen, wielophanging en carrosserie of transport. In het kader van Sterk Techniek Onderwijs heeft Trioliet samen met het Twents Carmel College een Bliq filmpje gemaakt. Bliq filmpjes laten zien dat techniek overal om je heen is. De filmpjes wakkeren nieuwsgierigheid aan en maken techniek en technologie herkenbaar voor kinderen. MENU

  • Snuffelen aan lassen bij Hofman Staalbouw

    Snuffelen aan lassen bij Hofman Staalbouw Niets is Hofman Staalbouw uit Vroomshoop te veel om vmbo-leerlingen te motiveren voor een keuze voor techniek. Vooral voor het machtig mooie vak van lassen. Jan Tijhuis, de ervaren praktijkopleider bij Hofman Staalbouw is al lang en breed met pensioen, maar vol enthousiasme begeleidt hij samen met Dennis Bakker derdejaarsleerlingen van Het Noordik bij een eerste kennismaking met lassen. Dennis stuurt één van de twee werkplaatsen aan bij Hofman Staalbouw en is praktijkopleider. Tegelijkertijd leidt Jan Tijhuis twee toppers van Het Noordik op voor de NIL-Laswedstrijd 2024 voor vmbo- en praktijkscholen. Zowel jongens als meisjes Op 5 februari startte het kennismaken met lassen bij Hofman Staalbouw voor een gemotiveerd groepje vanen aantal derdejaars vmbo-leerlingen. Jan: “Dit zijn jongens én meisjes. Op een viertal ochtenden op maandag komen zij hier van halfelf tot halfeen.” Er zit een mooie cadans in. Jan: “Want na dit groepje krijgen we meteen twee nieuwe leerlingen voor een aantal ochtenden lassen.” Dennis Bakker, voorman in de werkplaats, is praktijkopleider. Jan Tijhuis: “Ik zet de lijntjes uit naar de vmbo-scholen en Dennis verzorgt de concrete begeleiding van de leerlingen. Samen tekenen we voor deze aanpak voor onze bedrijfsleerlingen die van ROC van Twente/SMEOT komen.” Dennis: “Het is goed geregeld door mijn werkgever. Ik mag ook echt tijd besteden aan jong lastalent uit het vmbo.” Focus op de basis Dennis: “We focussen op de basis. De leerlingen maken een concreet laswerkstuk met als insteek dat zij bepaalde lasposities leren: de zogeheten lasnaden PA en PB. PA staat voor lassen onder de hand en PB voor een staande hoeklas. Twee belangrijke lashandelingen die we hen bijbrengen. Ook leren we het lasapparaat zelf bijstellen. De ene leerling laat al snel een bepaalde structuur en strakheid zien. De andere leerling moet zich nog compleet ontwikkelen. We leren leerlingen ook om zelfstandig te werken, dus zelf na te denken over de aangereikte instructie. Dat helpt beter dan dat we deze leerlingen overladen door alles voor te doen. Uiteraard lopen we regelmatig langs voor ondersteuning”. Jan Tijhuis: “We belasten deze leerlingen niet met theorie, het gaat zuiver om het snuffelen aan lassen.” Oog voor lastalent Hofman Staalbouw is een gecertificeerd lasbedrijf en Het Noordik geeft hen alle vrijheid bij de inhoudelijke opbouw van de lessen. Het gaat niet alleen om het lassen zelf. Jan: “Ze maken ook kennis met hoe het eraan toegaat in een professionele organisatie die op niveau last. Het is geen schoolse omgeving en tien meter verderop zien de leerlingen onze lasprofessionals hun werk doen. Ook die collega’s kijken regelmatig vanuit de praktijk mee met de leerlingen.” De leerlingen Produceren, Installeren en Energie (PIE) van Het Noordik zijn geselecteerd op hun motivatie. Jan: “De sfeer is heel goed, ze komen hier maar al te graag en zijn leergierig. Als je 13, 14 jaar bent, is je talent voor lassen niet meteen zichtbaar. Daarom geven we leerlingen hier de kans dit heel proefondervindelijk te ervaren.” Concreet werkstuk Een goede lasser moet niet alleen gevoel voor techniek hebben: “Ook rust in je hoofd is belangrijk. Je moet het talent hebben om je te kunnen concentreren op dat ene stukje laswerk”, aldus Jan Tijhuis. “Ook daar letten we op bij deze jonge vmbo-leerlingen.” Wel zou Jan wat meer betrokkenheid van ouders willen zien: “Voor hun kinderen ligt er goedbetaald werk voorhanden als lasser. Als zij dat willen, leiden we ouders op een zaterdag graag rond.” Jan Tijhuis benadrukt dat ook ervaren lassers door kunnen groeien naar een leidinggevende of kwaliteit controlerende functie: “Dit vak biedt oneindig veel mogelijkheden.” Twee lastalenten doen mee met laswedstrijden NIL! Maar er is meer goed nieuws! Op 15 februari deden twee vierdejaars leerlingen van Het Noordik mee aan de voorronde voor de laswedstrijden van de NIL-Laswedstrijd 2024 voor vmbo- en praktijkscholen. Het gaat hier om Gijs Kleinjan en Valentino Ferraro. Jan: “Het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL) is een onafhankelijke stichting die al meer dan 80 jaar de collectieve belangen behartigt van bedrijven, instellingen en personen die werkzaam zijn op het gebied van lassen, lijmen en andere permanente verbindingstechnieken. Het was voor 2024 de eerste selectiewedstrijd voor het Nederlands Kampioenschap vmbo- en praktijkscholen voor de regio Noord & Noord-Oost bij het Noorderpoort in Groningen. Ik ben al een aantal maanden de opleider van deze Vroomshoopse deelnemers. Het leuke is dat deze talenten boven zijn komen drijven uit het groepje derdejaars die we hier verléden jaar aan lassen lieten snuffelen. Zo werkt het dus. Dennis en ik zagen dat ze talent hadden. Samen werken we naar het niveau 1 NIL toe.” Het gaat om de persoonlijke groei Jan: “Tijdens de wedstrijd moesten ze hun skills laten zien met bijvoorbeeld lasstanden en lasnaadvoorbewerking. Het wedstrijdresultaat met deze kanjers? Allebei zijn ze voor het examen geslaagd en hebben met succes het poppetje gelast. Het theorie examen gaan ze in april doen samen met de leerlingen van Hofman Staalbouw.” Eric Raanhuis, docent PIE op Het Noordik en kartrekker techniekonderwijs: “Uiteindelijk gaat het ons om de persoonlijke groei van onze leerling en ongeacht het resultaat hebben we dat zeker bereikt.” Jan: “De bedoeling is dat deze leerlingen tevens hun NIL diploma lassen gaan halen en vanaf april sluiten zij aan bij onze eigen personeelstraining voor de theorie. In maart vindt bij SMEOT de landelijke finale plaats van de NIL-Laswedstrijd 2024 voor vmbo- en praktijkscholen.” Ook les voor praktijkinstructeur Ander goed nieuws is dat de praktijkinstructeur PIE van Het Noordik is gestart met de NIL-opleiding lassen. Jan Tijhuis: “Nico van Harten sluit in één moeite door aan bij de personeelstraining van Hofman Staalbouw, elke dinsdagmiddag en -avond. Aan het einde van dit schooljaar kan hij dan ook examen doen voor niveau 1NIL. Die kennis draagt hij vervolgens op Het Noordik weer over aan zijn leerlingen.” Want voor alle duidelijkheid: de gepensioneerde lasinstructeur Jan Tijhuis geeft ook nog les aan de leerlingen van de personeelstraining van Hofman zelf: “Hen proberen we niveau 1, 2 en 3 te laten bereiken.” In de wereld van het lassen zal altijd werk blijven, benadrukt Jan Tijhuis: “Natuurlijk, een stukje robotisering passen wij ook toe, maar altijd in combinatie met handmatig lassen. Die menselijke kwaliteit is niet geautomatiseerd na te bootsen.” Een tip: Praktijkonderwijs Tot slot heeft Jan Tijhuis een tip vanuit zijn hart: “Ik kom oorspronkelijk uit het Praktijkonderwijs. Daar zitten juweeltjes van talent tussen voor lassen. Wel hebben ze iets meer tijd en maatwerk nodig, maar dan komen zij er ook. Elke lasser die we voor Twente winnen is er één.” MENU

  • Ontmoet Rick Ardesch: Bedrijfsmakelaar STO-subregio Enschede

    Ontmoet Rick Ardesch: Bedrijfsmakelaar STO-subregio Enschede Op 1 november treedt Rick Ardesch in dienst bij de STO-subregio Enschede als Bedrijfsmakelaar, een gloednieuwe functie binnen deze subregio: “Mijn voornaamste prioriteit is het leggen van duurzame verbindingen tussen scholen en bedrijven. Een prachtige functie, waar ik enorm blij mee en dankbaar voor ben, om deze te mogen vervullen.” Waarom krijgt dit werk extra aandacht in jouw persoon? “Het is belangrijk dat we de leerlingen techniek realistisch aanleren. De samenwerking met het technisch bedrijfsleven is daarvoor essentieel. Samen met alle STO-collega’s gaan we ervoor om techniek en technologie duurzaam op de kaart te zetten in onze regio. Enschede heeft veel moois te bieden en dat dragen we steeds meer en beter uit. Zien we met z’n allen het gezamenlijke belang voor de toekomst? Dan zal er veel mogelijk worden in onze regio om talent te behouden voor de stad en de regio. En ook om aantrekkelijk te worden voor mensen buiten onze regio. Daar ga ik me hard voor maken.” Wat zullen je activiteiten worden? “Ik ga mij vooral bezighouden met het verbinden tussen de scholen en de bedrijven. Bij de scholen gaat het dan om het Stedelijk Vakcollege en het Bonhoeffer College. Maar in het kader van de doorlopende leerlijn besteden we uiteraard ook graag aandacht aan de basisscholen in onze regio. Er zijn al door de STO-collega’s in Enschede allerlei verbindingen gelegd met het bedrijfsleven en ik hoop daar met mijn eigen input op door te kunnen werken. Er zijn zoveel mooie mogelijkheden en kansen in onze regio. Aan mij mede de taak om dit zichtbaar te gaan maken. Ook benadruk ik dat we eveneens graag verbindingen aangaan vanuit de subregio Enschede met de meer kleinere bedrijven in de regio. De grotere bedrijven weten we steeds beter te bereiken, maar ook de kleinere bedrijven zijn voor ons heel interessant. Ook bij hen kom ik graag langs. Ik ben heel benieuwd naar de visie en instromingswensen van deze groep. Waar een (gezamenlijke) wil is, is altijd een weg te vinden.” Wat is je achtergrond? Welke connectie heb je met techniek(onderwijs)? ”Ik ben sinds 1999 docent in het speciaal onderwijs voor SOTOG en ben van 2010 tot en met 2016 werkzaam geweest voor de gemeente Enschede voor de projecten: Oog voor Talent, Beroepsvizier en Twente goes Techno. Via Twente goes Techno heb ik kennisgemaakt met parels van technische bedrijven in onze stad en regio. Daar mogen we trots op zijn.” Wat vind je de kracht van STO Twente? “ Ik mocht bij meerdere projecten voor instroombevordering betrokken zijn. De kracht van STO is de lange termijnvisie en de overheid die dit eveneens op de langere termijn ondersteunt met subsidie. Een tweede kracht vind ik de samenwerking tussen de scholen zelf. Vroeger waren dat vooral elkaars concurrenten, nu werken ze binnen de subregio Enschede samen. Binnen de techniek hebben ze elkaar inmiddels gevonden. Al met al zie ik dus heel veel mogelijkheden. Dat geeft perspectief.” MENU

  • Techniek Tastbaar Editie Enschede dompelt jeugd massaal onder in techniek

    Techniek Tastbaar Editie Enschede dompelt jeugd massaal onder in techniek Meerdere subregio’s in STO Twente hebben hun eigen lokale editie van het landelijke event Techniek Tastbaar. Zo ook de subregio Enschede, voor deze STO-regio zelfs een primeur! Op vrijdag 7 oktober streken aan de Wethouder Beversstraat een kleine 35 techniekbedrijven uit de regio Enschede neer. Eén grote bundeling van inspirerende stands met technische doe-activiteiten. Aansluitend bij alle techniekprofielen én gepresenteerd vanuit de 7 Werelden van Techniek. Een onweerstaanbare magneet voor ruim 3500 basisschoolleerlingen en vmbo-leerlingen om zelf te ontdekken wat techniekbedrijven hen bieden. En het mooie was: ook veel ouders en verzorgers kwamen kijken! Hoge opkomst, perfecte organisatie Renate Velthuis, Heidi Dellemann en Floor de Vries tekenden voor de geoliede organisatie en uitvoering van deze eerste Enschedese editie van Techniek Tastbaar: “Uiteraard samen met projectleider John van Mierlo van Techniek Tastbaar. De opkomst van zowel bedrijven alsook basisschoolleerlingen, hun leerkrachten en uiteraard de vmbo-leerlingen was heel groot.” Vooraf ontvingen de deelnemende scholen een gerichte lesbrief ter voorbereiding, tijdens het event zelf gevolgd door een concrete Loopbaan Oriëntatie Begeleidingsopdracht (LOB-opdracht). John van Mierlo: “Deze opdracht bood een aantal voorstellen voor vragen aan de bedrijven. Dit verhoogde aanmerkelijk de doelgerichtheid waarmee de leerlingen langs de stands trokken. Ook gaf dit de bedrijven veel beter de kans hun verhaal te vertellen en vooral: waarom juist hun specifieke techniek jongeren een goede loopbaan voor de toekomst garandeert.” Brede range van jongeren tussen 10 – 16 jaar John: “Het is de eerste keer dat de STO subregio Enschede dit organiseert. De leerlingen van zowel groepen 7 en 8 van basisscholen als vmbo-scholen zijn uitgenodigd én kwamen massaal op bezoek. Vanuit het vmbo zijn dat de onderbouwleerlingen van het Stedelijk Alpha, Bonhoeffer College en het Zone.college. Immers, zij staan nog voor de keuze voor techniek. Door hen oog-in-oog te brengen met bedrijven hopen we dat de vonk overslaat.” Verdeeld over 7 Werelden van Techniek In veel stands konden de leerlingen concreet aan de slag met een activiteit zoals het zelf maken van limonade met een industriële machine. Of leren omgaan met cobots, de eenarmige robots die in opmars zijn in het technisch bedrijfsleven. “Niet voor niets heet het event Techniek Tastbaar !”, aldus John. Een aantal leerlingen maakte een filmpje van hun doe-activiteiten in de stands om die later op school te presenteren. De bijna 35 deelnemende bedrijven waren gebalanceerd verdeeld over de thema’s uit de 7 Werelden van Techniek. Van bouw, horeca en automotive tot en met zorg en robotisering en automatisering. ‘Doorlopende ontdek-lijn’ John geeft aan dat het goed is als het event Techniek Tastbaar op een school zich jaarlijks herhaalt: “Vanuit het po en vmbo maken de kinderen dan elk jaar kennis met bepaalde facetten van techniek. Opgeteld ontstaat zo een totaalbeeld van alle mogelijkheden van techniek. Daarmee maken zij hun eventuele keuze voor techniek nog grondiger. Je zou dit een ‘doorlopende ontdek-lijn’ kunnen noemen.” Openbare basisschool Het Wooldrik kwam enthousiast terug Gert-Jan Egberink is directeur van openbare basisschool Het Wooldrik: “Wij vinden het belangrijk dat onze leerlingen zo veel mogelijk ervaring opdoen in de levensechte wereld. Dat kan vooral bij bedrijven en evenementen zoals Techniek Tastbaar. Een prima manier om erachter te komen of bijvoorbeeld techniek hun interesse heeft en waar ze mogelijk in de toekomst mee verder willen. Immers, als je iets niet kent, kun je er ook niet voor kiezen. Mede door Techniek Tastbaar kunnen de kinderen thuis aan de keukentafel, samen met hun ouders, gerichtere keuzes maken op basis van positieve beelden en ervaringen. Het is niet zo dat alle kinderen voor techniek moeten kiezen, als ze er maar kennis van hebben genomen om die keuze gericht te maken. Techniek Tastbaar draagt aan die keuze bij. Daarom was ik ook blij dat Saxion present was tijdens Techniek Tastbaar; voor veel leerlingen en hun ouders een herkenbaar ijkpunt, ook als zij voor techniek kiezen. Eveneens onze begeleidende leerkracht kwam enthousiast terug van Techniek Tastbaar, met nieuwe indrukken, beelden en al het bijzondere dat er op het vmbo gebeurt. Daarmee worden onze leerkrachten nog betere gesprekspartners voor leerlingen en ouders die voor de keuze staan.” Dura Vermeer houdt van het vmbo… Eén van de deelnemende bedrijven was het bouwbedrijf Dura Vermeer. Jana Nolting is hier werkzaam als HR-adviseur: “Ook ben ik contactpersoon voor alle onderwijsinstellingen. Daarom stond ik, samen met mijn collega, met een stand op Techniek Tastbaar. Waarom wij dit doen? Deze vmbo-leerlingen zijn onze toekomst! Veel van onze huidige medewerkers zijn ooit op het vmbo begonnen. In onze stand mochten ze hun fantasie de vrije loop laten gaan en met LEGO hun eigen droomwoonhuis bouwen. Alles is hierin mogelijk. En dat geldt óók voor alle mogelijkheden die wij jonge mensen bieden binnen Dura Vermeer!” Cobots…spannend! Opvallend veel leerlingen voelden zich aangetrokken tot de stand van SMEOT en Saxion met de cobots, de eenarmige robots voor techniekbedrijven. Casper de Jong van Saxion: “Cobots blijken een enorme aantrekkingskracht te hebben op jongeren. Ze drukken op knopjes en de cobot treedt in werking. Aanschouwelijker kun je moderne technologie niet laten zien aan de jeugd.” Enorme opkomst en bedrijvigheid Ronald Rondeel is de kersverse projectleider STO voor de subregio Enschede: “De organisatie van deze Techniek Tastbaar was in uitstekende handen van mijn nieuwe collega’s. Ik viel in een gespreid bedje en genoot van de enorme opkomst en bedrijvigheid. Fantastisch om te ervaren hoe dit leeft. Wij vinden het vanuit de STO-regio Enschede belangrijk om een goede relatie met de technische bedrijven op te bouwen. De hoge deelname vanuit de bedrijven aan Techniek Tastbaar bewijst dat zij dit ook belangrijk vinden. Eveneens hebben we tijdens deze Techniek Tastbaar contact gelegd met bedrijven die hier stonden met een stand, maar waarmee we vanuit STO nog niet samenwerken, zoals voor gastlessen en bedrijfsbezoeken. Heel nuttig dus.” MENU

  • De STO-scholen aan de Wethouder Beversstraat vinden elkaar nu op de overeenkomsten en niet op de verschillen

    De STO-scholen aan de Wethouder Beversstraat vinden elkaar nu op de overeenkomsten en niet op de verschillen De STO subregio Enschede aan de Wethouder Beversstraat telt twee deelnemende vmbo-scholen: het Bonhoeffer College en Het Stedelijk Alpha. Steeds vaker werken beide scholen constructief samen op de centrale uitdaging: STO Twente. Bestuurders Greetje Sulimma en Manon Ketz: “Het gezamenlijk inzicht ontstond dat de maatschappelijke opgave vanuit STO Twente groter is dan onze individuele belangen. De boodschap om met elkaar praktisch aan de slag te gaan is heel goed geland en op activiteitenniveau komt dit nu toe bloei.” STO Twente: een behoorlijk statement Greetje Sulimma is voorzitter centrale directie van Bonhoeffer College in Enschede, opvolger van Genio Ruessen. Manon Ketz is voorzitter College van Bestuur van Het Stedelijk. Eveneens is Manon lid van de Stuurgroep van STO Twente. Manon: “STO Twente is inmiddels een brede beweging in de regio. De Twentse samenwerking betekende een behoorlijk statement van alle aangesloten besturen. Tegelijkertijd gaven we onszelf daarmee een grote opgave: samen optrekken in de brede regio Twente én tot concrete resultaten komen in de vijf subregio’s, in ons geval Enschede.” Ruimte voor specifieke lokale context Inmiddels is STO Twente in veel echelons goed op weg, stelt Manon vast: “En dat over de hele breedte; van de Stuurgroep tot en met de feitelijke subregio’s. Het mooie is dat de initiatieven in de vijf subregio’s allemaal dezelfde rode draad volgen, en tegelijkertijd in hun eigen specifieke lokale context passen. Specifiek voor het Bonhoeffer en Het Stedelijk hebben we in recente jaren geleerd welke stappen je samen moet zetten om daar verder in te komen. Dé kracht van STO Twente is dat we koersen op de richtinggevende aansturing vanuit STO landelijk en regionaal en dat er tegelijkertijd ruimte is om STO ín de scholen te ontwikkelen. Dit doen we letterlijk met de docenten en bedrijven die hier concreet handen en voeten aan geven. Ook kunnen we op lokaal niveau beoordelen wat bepaalde leerlingen en een specifieke lokale setting nodig hebben. Dit is bedoeld om zowel leerlingen met nieuwe technologieën te bereiken, alsook hun docenten daarin te inspireren. Daarin zijn we inmiddels veel verder dan vier jaar geleden.” Doel van STO Greetje Sulimma trad 2,5 jaar geleden aan bij het bestuur van Bonhoeffer College: “Ik kwam uit de regio Coevorden. Ook daar speelde STO al. Hoe ik naar STO kijk? Dé wezenlijke kernvraag voor STO in mijn ogen is niet ván wie het is, maar vóór wie het is en waarvoor we dit allemaal doen. Die praktische focus op vooral de leerlingen en de resultaten die we met hen willen bereiken, is voor mij essentieel.” Belangrijk kantelpunt Het Bonhoeffer en Het Stedelijk hebben elkaar wel moeten vinden in de samenwerking vanuit STO Twente, geven Greetje en Manon aan. Een beweging die overigens meer vmbo-scholen in Nederland onder de paraplu van STO herkennen. Manon: “De vertrekkende bestuurder Genio Ruessen was de voorganger van Greetje als voorzitter centrale directie van Bonhoeffer College. Genio en ik zijn rond de tafel gegaan met de directeuren van beide locaties. Ook hielden we sessies met teamleiders over hoe we STO in de subregio Enschede konden vormgeven. In deze overleggen ging het eerst vooral over de verschillen tussen beide scholen, zoals tussen curricula en cultuur, ook nog te midden van dalende leerlingenaantallen. Vanuit de STO-opgave die er lag, zagen we al snel in dat het niet hielp om elkaar te blijven zien vanuit de verschillen. Het gezamenlijke inzicht ontstond dat de maatschappelijke opgave vanuit STO Twente groter is dan onze individuele belangen. Om precies te zijn: de oriëntatie op techniek en het perspectief op werk. Dat kantelpunt kwam doordat we het hebben omgedraaid: van kijken naar verschillen naar het zoeken van overeenkomsten.” Dé basis: een elkaar versterkend pedagogisch klimaat In een aantal stappen zijn Genio en Manon vervolgens voor de troepen gaan staan. Manon: “Van schoolbestuurders, directeuren en teamleiders hebben we allemaal hetzelfde gevraagd. Feitelijk had die nieuwe manier van denken nog niets met STO te maken, maar was wel een essentiële voorwaarde om goed en constructief met STO aan de slag te gaan. De kern? We hebben baat bij een op elkaar aansluitend pedagogisch klimaat in beide scholen. Het helpt niet als regels per school verschillen en we leerlingen duiden als ‘van deze of de andere school’.” Meer samenwerken in de profielen Manon: “Toen die pedagogische basis er lag, hebben we gevraagd: okay, hoe kunnen we vervolgens meer gaan samenwerken in de profielen? Een spannende discussie voor de betrokkenen, en dat begrepen wij.” Greetje: “Opnieuw hebben we gezegd: het gaat niet om de organisatie, maar uiteindelijk om de leerlingen in Enschede. Zij hebben een brede oriëntatie op techniek nodig in de onderbouw. Vervolgens zijn we samen opgetrokken in hoe we dit gaan voortzetten in de bovenbouw. Daar zijn de directeuren en teamleiders heel positief op ingestoken en hebben daar echt werk van gemaakt.” Werken aan één STO team Vervolgens hebben beide scholen de stap gezet om voor STO één team samen te stellen. Manon: “Opnieuw was dit een spannende fase. De vragen die dit opriep hebben we beantwoord door te stellen dat er binnen STO niet alleen op bestuurlijk niveau, maar ook op docentenniveau moet worden samengewerkt. Ter ondersteuning vragen we de directeuren en teamleiders regelmatig hoe het gaat met STO. Op basis van hun feedback hebben wij als bestuurders de taak om dit aan de achterkant voor de werkvloer goed te regelen en te borgen. Hierin is in de afgelopen vier jaar veel bereikt.” Operationele verwachtingen zijn helder Manon en Greetje kijken positief terug op de resultaten van deze kanteling: “De laatste paar jaar zijn hierin stappen gezet om met elkaar tot veel meer samenwerking te komen. Ook tastbaar voor alle betrokkenen die niet aan de vergadertafel zaten voor deze beoogde omwenteling. De boodschap om met elkaar praktisch aan de slag te gaan, is goed geland. Op activiteitenniveau komt dit nu toe bloei. We hebben daarmee operationeel gemaakt wat er ten aanzien van de leerlingen verwacht wordt.” Wat ook enorm helpt, geven Manon en Greetje aan, is de aanstelling van de STO projectleider Ronald Rondeel. “Hij wordt door béide scholen volledig gesteund om alle bij STO betrokkenen inspiratie en richting te geven.” Mooie stappen richting basisonderwijs Manon: “De afgelopen STO-jaren hebben we vanuit de subregio Enschede al heel veel gedaan richting het basisonderwijs. We hebben nu zelfs al groepen 7 uit het po die zich met een STO-opdracht bezighouden. Essentieel, want als je pas in de brugklas begint, ben je eigenlijk drie jaar te laat voor de oriëntatie op techniek en technologie. De doorstroom naar opleidingen techniek mbo-hbo start eigenlijk al op de basisschool. Daarom is het zo mooi dat we in de subregio Enschede, juist door de samenwerking, de groepen 7 in het basisonderwijs STO-projecten laten doen. Dit mag echt op het conto geschreven worden van de samenwerking tussen Bonhoeffer en Het Stedelijk Alpha, en de samenwerkingspartners in het po.” Aandacht voor beweging ‘van buiten naar binnen’ Greetje: “Enschede is een grote stad met veel partijen. Deze omvang maakt dat je in Enschede op een grote schaal vanuit STO partijen moet zien te vinden en te binden zoals techniekbedrijven. De ervaring leert ons dat je de samenwerking met die techniekbedrijven, maar ook met mbo opleidingsbedrijven, niet aan beide kanten met allerlei losstaande opererende mensen moet gaan regelen. Met Ronald Rondeel als projectleider hebben we voor de buitenwacht nu één centraal aanspreekpunt om de juiste expertise en samenwerking van buiten naar binnen te halen. Daarmee krijg je voor de leerlingen de juiste synergie, zodat zij inzien dat zij in een omgeving wonen en leren waarin techniek in allerlei verschijningsvormen, zowel opleidingen als werk, biedt. Want van die verscheidenheid aan techniek is Enschede natuurlijk een prachtig voorbeeld. Hier kunnen onze leerlingen aan de slag, van vmbo tot en met andere niveaus. Onze werkomgeving kan dus, ook door STO én de centralisering van de contacten, makkelijker vanuit buiten naar binnen komen in de scholen.” Focus op verbreding profielen De transitieperiode voor STO zit erop, met 2024 als afsluitend jaar. Het goede nieuws is dat STO een verlenging krijgt tot 2029. Wel vraagt het ministerie de vmbo-scholen om met activiteiten breder in te zetten, dan alleen op de harde technieken. Hoe kijken Greetje en Manon hier tegenaan? Manon: “Wij juichen die verbreding absoluut toe en hebben hier zelf eerder al naar gekeken. Neem MVI, daar zijn de scholen aan de Wethouder Beversstraat best sterk in. We hebben onderzocht of we vanuit MVI een kruisbestuiving met STO konden maken, een voor leerlingen interessante stroom. Hier zien we nu wel kansen voor de STO-jaren die voor ons liggen. Of neem het profiel Zorg & Welzijn waarin we technologie zien oprukken. Maatschappelijke ontwikkelingen die ook echt nodig zijn, want inmiddels kom je technologie tegen in álle werkvelden. Het zou goed zijn om verbinding te maken vanuit STO met vmbo-t en de praktijkvakken in de havo. Daarmee maak je niet alleen het bereik groter; je betrekt ook in één moeite door meer professionals die kunnen meedenken over wat we gaan aanbieden vanuit dit perspectief.” Unieke Enschedese setting Manon: “De verbreding van de focus van STO op techniek en technologie gaat ons juist in Enschede helpen om door te bouwen op de eerste resultaten. We hebben hier in Enschede veel leerlingen die hiervoor belangstelling hebben, een absoluut speerpunt in de planvorming voor de komende jaren.” Greetje: “In Enschede hebben we po, vmbo, mbo, hbo én wo. Hoe mooi is dat? Allemaal in dezelfde omgeving en nabijheid. Een fantastische lokale setting voor als we daadwerkelijk iets willen bereiken in de hele keten.” Planvorming 2023 – 2029 De voortzetting van STO tot 2029 vereist nieuwe planvorming. Manon: “We zitten nog midden in deze planvorming. Wel gaat hierin de verbreding naar andere profielen en schoolsoorten zeker een rol spelen. Daar gaan we écht werk van maken, ook door het grotere bereik dat dit oplevert.” Dan noemt Manon het opleiden van hybride docenten voor technologie, een ambitieuze activiteit: “Dit doen we samen met het technisch bedrijfsleven, want daar komen deze mensen vandaan. Gezien de huidige krappe arbeidsmarkt, én met de kennis van nu, is dit best een uitdagende lijn. Want uiteindelijk trekken we allemaal aan dezelfde ervaren talenten voor in de rol van hybride docent. Ook in het technisch bedrijfsleven is schaarste, daarom denken wij dat we het echt moeten hebben van de professionalisering van veel meer mensen in onze scholen. Daarbij zou het niet zo veel moeten uitmaken welk vak zij geven. Beter is het te werken vanuit het perspectief hoe zij kunnen helpen om de integratie van technologie in hun specifieke vak vorm te geven. Aan de locatiedirecteuren en teamleiders gaan we vragen of zij die insteek ook zouden kunnen ondersteunen, of dat zij denken dat er een andere mogelijkheid is. Dat laatste is belangrijk, want wij kunnen wel iets willen en beredeneren, maar in de praktijk moet dit aansluiten op wat de scholen willen en kunnen. Graag benadrukken we dat die wisselwerking binnen STO Twente en ook binnen de subregio Enschede heel belangrijk is.” Visie op samenwerking met andere scholen In de praktijk zocht de subregio Enschede in de afgelopen jaren ook de samenwerking met andere scholen dan het Bonhoeffer College en Het Stedelijk Alpha. Greetje: “Als andere scholen inderdaad willen aanhaken, gaan wij bestuurlijk beoordelen wat daarvoor nodig is om dat voor elkaar te krijgen. Natuurlijk, wij worden hierin geleid door wet- en regelgeving en daartoe verhouden wij ons. Maar het vertrekpunt is niet dat we dit soort aanhaken niet zouden willen omdat dit verschillende scholen zouden zijn.” Aandacht voor inclusie Greetje en Manon vormen gezamenlijk de vrouwelijke top van Het Stedelijk Lyceum en het Bonhoeffer College. Betekent dit dat zij een extra lading voelen bij de STO-wens om meer meisje te laten instromen in de techniek? Manon: “We zijn hiermee zeker actief, maar aarzelen om de instroom van meisjes in de techniek als probleem te framen. In feite ben je dan bezig met exclusie van leerlingen die zich geen meisje voelen. Tegelijkertijd voelen we het belang om hier aandacht aan te besteden. Elke dag vragen wij ons oprecht af: zijn we ook met STO inclusief bezig? Graag geef ik een voorbeeld van onze aanpak: onder de vlag van STO hebben we relaties ontwikkeld met een bedrijf in de koeltechniek. In die sector is in Enschede en omstreken veel behoefte aan mbo’ers. In onze nieuwsartikelen in de krant over die samenwerking hebben we bewust de meisjes die daar vanuit onze vmbo-scholen stagelopen laten zien. Dus, we proberen iedereen te bereiken en in onze voorbeelden duidelijk te laten zien dat we daarmee ook letterlijk iederéén bedoelen, ongeacht je geaardheid of culturele achtergrond. We weten uit ervaring dat het meisjes helpt wanneer zij zien dat ze niet de enigen zijn die techniek studeren. Daar letten we op, ook in de samenstelling van leerlingengroepen voor technische activiteiten.” Vooral laten zíen Greetje: “Ook hier geldt: door te laten zien, neem je vooroordelen weg. Dat werkt veel beter dan door er heel veel over te praten. Techniek heeft vaak het imago van vieze handen. Graag laten we zien dat techniek overal om ons heen wordt toegepast. Zo maken alle leerlingen, ook meisjes, kennis met vaak onvermoede andere vormen van techniek en technologische toepassingen. Juist hierin maakt de beeldvorming heel veel uit en dat start met het laten zien van de verbreding van de mogelijkheden binnen techniek en technologie. Ons Technolab met schone technologie vind ik hiervan een heel mooi voorbeeld. Ook voor de toekomst van STO is schone technologie voor ons in Enschede een belangrijk gebied om in door te ontwikkelen, evenals in de doorstroom po, vo, mbo en hbo.” MENU

Zoek

bottom of page