top of page

261 items gevonden

  • Voor heel STO Twente geldt de kracht van samen

    Voor heel STO Twente geldt de kracht van samen Marye Teunis – Top is sinds september de nieuwe directeur onderwijs op de Waerdenborch. Tevens is zij als opvolger van Arjan Hakkert de nieuwe STO regioleider voor de subregio Rijssen-Holten. Graag stellen wij Marye voor in de nieuwsbrief van STO Twente: “Ik ken de regio al langer, ook CSG Reggesteyn, en vind het vakgebied techniek heel aantrekkelijk. In goed en collegiaal overleg met Henk Nijenkamp, de relatief nieuwe directeur vmbo op CSG Reggesteyn, is afgesproken dat ik de nieuwe regioleider zou worden. Uiteraard doen we dit sámen vanuit de kracht van de hele subregio Rijssen-Holten.” Veel ervaring in het technisch vmbo Al vanaf 2009 is Marye actief als leidinggevende in het vmbo, vooral voor de techniekprofielen: “Daardoor heb ik lange tijd alle ontwikkelingen in het vmbo in mijn dagelijkse werk meegemaakt, zoals de beweging naar de huidige techniekprofielen toe. Evenals de uitdaging rondom de financiering van deze veranderingen.” Voor haar aanstelling op de Waerdenborch werkte Marye bijna zes jaar op De Marke in Deventer: “Dit is een onderbouwschool voor havo en een vmbo examenschool (basis, kader, mavo), behorend tot het Etty Hillesum Lyceum. Hier mocht ik aan de wieg staan van STO in die regio.” Vanaf de start bekend met STO Toen STO zich in 2019 aandiende, vond Marye dit een mooie uitdaging om daarmee aan de gang te gaan. Marye: “Daardoor ben ik vanaf de start bekend met de subsidiemogelijkheden, de regelingen en uiteraard het belang voor de technieksector. Een bewuste keuze in de STO-regio Deventer was om de docenten heel erg in de lead te zetten met ook het realiseren van de verbinding met de externe partijen. Om vervolgens gezamenlijk te bekijken wat we daarmee zouden kunnen doen en bereiken. Dat heeft in de regio Deventer hele mooie activiteiten opgeleverd en ik hoop die ervaringen mee te nemen naar de subregio Rijssen-Holten.” Voordelen van schaalgrootte STO Twente STO Twente is een samenspel van vijf subregio’s, behoorlijk groot dus. Hoe kijkt Marye daar tegenaan? “STO Deventer is een relatief kleine regio en bij de start van STO moesten we alles zelf bedenken. Het voordeel van een grote regio als STO Twente is dat je, nu we vier jaar verder zijn, kunt kijken wat alle deelnemende vmbo’s hebben gedaan. Welke verschillen bestaan daartussen? Hoe kunnen de scholen daarvan leren en vooral ook; wat kunnen scholen sámen oppakken? In feite een evaluatie binnen een evaluatie.” Zorgtechnologie en STO Cafés Daarnaast, omdat STO Twente zo groot is, ervaart Marye mogelijkheden die je als kleine regio eigenlijk minder hebt: “Ik constateer dat nu bijvoorbeeld bij de ontwikkelingen binnen STO Twente op het vlak van zorgtechnologie en het profiel Zorg & Welzijn. De scholen gaan samen op deze uitdaging samenwerken en nieuwe ontwikkelingen aanbieden. Een mooie verbreding die ook past bij de toekomstige doelen van STO. Als vmbo-school krijg je dat in je eentje gewoon niet voor elkaar. Ik vind die samenwerkingskansen en schaalvoordelen in een grote STO regio als Twente supermooi. Graag wil helpen eraan bij te dragen dat nog meer te benutten. Ook vind ik de STO cafés een mooi initiatief waarin vooral docenten elkaar ontmoeten en gefaciliteerd worden om kennis uit te wisselen. Unieke zaken die STO Twente toch maar voor elkaar krijgt. Er is ruimte binnen zowel de deelnemende scholen als in en tussen de subregio’s zelf.” Verbinding met opleidingsscholen Marye werkte eerder lange tijd op CSG Reggesteyn: “In Rijssen zie je al heel lang dat als het gaat om technische onderwijsvernieuwing lokale bedrijven hun verantwoordelijkheid nemen. Een goed voorbeeld zijn de bedrijfsvakscholen waar het technisch mbo en het bedrijfsleven elkaar ontmoeten en waar het technisch vmbo zich vanuit STO inmiddels aan verbindt. REMO West-Twente is daar een geslaagd voorbeeld van, met nu ook een eigen PIE-lokaal. Een mooi samenwerkingsvoorbeeld voor de andere STO subregio’s. Laat leerlingen ontdekken dat techniek leuk en nuttig is Marye houdt de ontwikkelingen in het technisch vmbo goed bij. Welke trends ziet zij? Marye: “We zien ongelofelijk mooie technologische ontwikkelingen. Zowel het onderwijs als bedrijfsleven constateert dat techniek en technologie hun weg vinden in élke sector. Het concept van de 7 werelden van techniek haakt daar mooi op aan. Kijk je naar de toekomst van Twente dan gaat het niet langer alleen om de bouw- en metaalsector, maar ook over de profielen Zorg & Welzijn, Economie & Ondernemen en Horeca Bakkerij en Recreatie. Ook daar zit enorm veel techniek en technologie. Het Ministerie voorziet voor STO ook de verbreding naar deze profielen. Dé uitdaging vanuit specifiek het vmbo is dat je uiteindelijk techniek en technologie overal in kunt zetten, maar de leerlingen moeten het ook echt léuk en aantrekkelijk vinden. Dát zie ik als de grootste uitdaging. Het is onze centrale taak om vmbo-leerlingen techniek te laten beleven zodat zij ervaren dat het zowel leuk als heel nuttig is om met techniek en technologie écht iets te maken. Ik zeg bewust maken, want ook in de toekomst blijft de maakindustrie voor Twente heel belangrijk.” Koersen op de lange termijn Daarnaast hoopt Marye dat de subsidie voor de lange termijn doorgaat: “Want STO maakt iets mogelijk wat mij erg na aan het hart ligt, namelijk leren breder dan de school zelf laten zijn. Het buiten de school leren om vmbo-leerlingen samen te enthousiasmeren is iets wat ik enorm zou willen toejuichen voor de echt langere termijn. Wat daarbij ook helpt, is dat de gelden voor STO niet vallen binnen de lump sum, maar specifiek zijn toegewezen omdat het een andere aanpak vergt.” Spilfunctie voor techniekdocenten Marye zag in de STO-regio Deventer dat het goed werkt als techniekdocenten de ruimte krijgen. Marye: “Daar begint het. Techniekdocenten begrijpen als eersten hoe belangrijk techniek en technologie zijn voor alle facetten van onze maatschappij. Techniekdocenten zijn cruciaal om hun leerlingen hierin te stimuleren en mee te nemen in die wereld. Als ware leermeesters kunnen zijn naast hun leerlingen gaan staan en hen van alles laten ontdekken. Elke techniekdocent heeft hiervoor zijn of haar eigen manieren. Ik geloof erin dat techniekdocenten eigenaren worden van dit mooie inspiratie- en begeleidingsproces, maar uiteraard niet alleen, maar in een team- en samenwerkingsverband. Hun passie voor techniek en verantwoordelijkheidsgevoel is een prima fundament om met hun onderwijs- en bedrijfsomgeving aan de slag te gaan en hun leerlingen daarin mee te nemen. Die omgeving zie ik heel breed: van hun directe collega’s en collega’s van andere profielen tot en met het mbo, bedrijfsscholen, bedrijven en uiteraard ook de ouders van hun leerlingen. Het mooie is dat STO Twente die brede samenwerking steunt en faciliteert. We zien inmiddels wat het oplevert en dat komt echt door de ‘kracht van samen’.” MENU

  • Haal het maximale uit STO Twente met Compassionate Leadership

    Haal het maximale uit STO Twente met Compassionate Leadership De STO subregio Almelo e.o. werkt op basis van een bijzondere methodiek: Compassionate Leadership. Henco van der Weijden van de projectorganisatie van STO Almelo e.o. legt in heldere termen uit waar dit voor staat en vooral: wat de voordelen zijn: “Andere STO-regio’s gun ik ook het gemak van de methodiek Compassionate Leadership.” “Je kunt je als regio- of projectleider of als kartrekker en docent alleen voor de volle 100% aan Sterk Techniekonderwijs Twente wijden, als je eerst je innerlijke drive voor het bij jou passende leiderschap ontdekt. We gaan uit van drie soorten leiderschap: één persoon als allesbepalende kapitein, een bootsman die de koers kent en daar heel goed over communiceert met zijn mensen en als derde: de herder als nestor die als rentmeester vooral ook de komende generatie in het oog houdt. De laatste bemoeit zich niet met de processen en staat bewust een beetje op afstand. Kortom, leiderschap kan zowel individueel als collectief zijn. Om de juiste leider in jezelf te laten ontluiken, moet je daarom eerst heel goed je innerlijke drive op tafel krijgen: waarom doe je de dingen zoals je die doet?” Start met je visie Henco: “Van belang is dat je in dit proces met elkaar start met het bepalen van je visie: waar hebben we het met elkaar eigenlijk over? De STO subregio Almelo e.o. is hier inderdaad mee begonnen. Al snel kwam de gezamenlijke intrinsieke motivatie boven drijven: ‘kinderen sterker maken in een meer en meer onvoorstelbare wereld.” Op basis daarvan kregen we scherp wat we konden gaan betékenen vanuit STO. Vervolgens hebben we een gedetailleerd merkenkompas ontwikkeld met daarin de gezamenlijke visie dat grens overstijgende samenwerkingen cruciaal zijn voor inspirerend en toekomstbestendig onderwijs waarin we de leerlingenreis centraal kunnen stellen. Vervolgens helpen we het juiste leiderschap te ontluiken dat past bij deze visie. Hiermee bereik je dat je je visie niet voortdurend hoeft te propageren; het volgt gewoon op een natuurlijke manier uit het soort leiderschap dat je hierbij kiest. Dit leidt tot goed rolmodelgedrag en daarmee creëer je vertrouwen. Dat noemen we de visiecyclus.” Samen in co-creatie Een Afrikaans spreekwoord zegt: ‘Alleen ga je sneller, maar samen kom je verder.’ We werken daarom in ons projectleidersteam samen met Gieni Nijkamp van NiVo en met Rik Pape van het Ondernemershuis Twenterand. STO ambieert een maatschappelijk probleem op te lossen waarbij er een breder stakeholderveld is dan alleen het Onderwijs. Het is essentieel om de O’s van Ondernemers en Overheid ook mee te nemen. Daarom hebben we een projectgroep samengesteld uit Het Ondernemershuis Twenterand, NiVo en Compassionate Leadership. De kracht zit erin dat we voortdurend onze creativiteit gebruiken om het project weer een stap verder te brengen en wij belemmeringen weten op te lossen.” Van visie naar realisatie Tegelijkertijd betrek je de realisatiecyclus in dit proces, vervolgt Henco: “Vanuit dat met elkaar opgebouwde vertrouwen ga je naar een meer praktische fase: het natuurlijk laten ontwikkelen van de juiste vaardigheden en verbinding. Daarop bouw je je organisatiestructuur inclusief de rollen van alle medewerkers. Bijvoorbeeld een kartrekker is een hele andere rol dan die van een techniekdocent. Lukt het de projectleider of de kartrekker op geheel eigen wijze naar zijn of haar rol te groeien vanuit de gezamenlijke visie? Dan krijg je iets heel moois: bevlogenheid!“ Deze fase van het project wordt uitgevoerd conform de VOSSCAN-methodiek door Gieni Nijkamp van NiVo. De VOSSCAN-methodiek is gebaseerd op het afstemmen van organisatie- en mensontwikkeling, vanuit een bedrijfskundige benadering waarbij missie, visie en bedrijfscultuur worden gekoppeld aan eigenschappen, kwaliteiten, vaardigheden en competenties van medewerkers.” Samen op weg naar een échte bijdrage De optelsom van het doorlopen van de bovenstaande fases leidt in de ervaring van Henco tot een daadwerkelijke, intrinsieke en diepe betrokkenheid bij alle deelnemers, ongeacht welke rol je speelt. Iedereen vertelt hetzelfde verhaal en vult dat voor zijn of haar eigen functie binnen de afgesproken kaders in: “Met ook voldoende ruimte om je eigenheid en je gevoel van purpose te verbinden met de overstijgende visie. Een manier van verbinden en samenwerken die ook uitstraalt naar alle bij STO aangehaakte partijen zoals de techniekbedrijven en wethouders en ambtenaren. Ook zij kunnen hier hun eigen verhaal bij vertellen. Dan krijg je een diepe betrokkenheid omdat iedereen zich kan verbinden met het hogere doel van Sterk Techniekonderwijs Twente. Daarmee bereik je iets geweldigs: dat iedereen die bij STO Twente betrokken is aan het eind van de dag tevreden naar huis gaat. Met het gave gevoel écht iets te hebben bijdragen aan de doelen van STO Twente. Op de juiste wijze netwerken is daarmee cruciaal. Rik Pape van het Ondernemershuis Twenterand ondersteunt daarin de netwerkorganisatie die zich verbindt met ondernemers en lokale overheden.” MENU

  • Docenten BWI professionaliseren met cursus dakdekken

    Docenten BWI professionaliseren met cursus dakdekken Docentenprofessionalisering is een belangrijke activiteit van STO Twente. Bijvoorbeeld de docenten BWI van C.T. Stork College in Hengelo maken hier stevig werk van. Zo namen Dennis Winters, Jasper Lucas en Philipp Unverzagt begin juni deel aan de landelijke BWI-dag in Apeldoorn. Overigens samen met veel andere BWI-collega’s uit de andere subregio’s van STO Twente. Philipp: “Tijdens deze dag kwam STO regelmatig aan de orde.” Ook volgde dit bevlogen onderwijstrio inmiddels een cursus dakdekken voor het nieuwe keuzedeel ‘Daken en kapconstructies’: “Onvoorstelbaar hoe snel ook hier de ontwikkelingen gaan”, aldus het drietal docenten. Philipp, Jasper en Dennis schetsen de achtergrond: “In schooljaar 2023 – 2024 starten wij op het C.T. Stork College in het vierde jaar met een nieuw keuzedeel Daken en kapconstructies. Alle BWI-leerlingen gaan dit verplicht doorlopen. Alles wat we al doen rondom dakconstructies nemen we hierin mee. Nieuw is dat we het onderdeel Dakdekken onder dit keuzedeel scharen. We zijn alle drie als BWI-docenten erg geïnteresseerd in deze materie en zagen in dat de innovaties binnen dakdekken inmiddels een vlucht hebben genomen.” Versteld van alle technische innovaties Philipp, Dennis en Jasper volgden de cursus dakdekken vanuit Tectum, de stichting voor dakvakmanschap en dé opleider voor de platte dakenbranche: “Hun instructeurs namen de moeite om naar C.T. Stork College te komen om ons hier op te leiden. Dat scheelde ons ook nog eens heel veel tijd.” Tijdens de training stonden Philipp, Jasper en Dennis versteld van alle technische innovaties: “Het gaat nu heel anders dan vroeger. Wij wisten dat als wij het onderdeel dakdekken binnen het nieuwe keuzedeel “Daken en kapconstructies” goed wilden kunnen geven, wij eerst moesten worden bijgeschoold. Immers, onze professionalisering dient ertoe dat wij deze nieuwe stof vlekkeloos op de leerlingen kunnen overbrengen.” Leerlingen voorbereiden op werkveld Werd dakbedekking vroeger aan elkaar gebrand, nu zijn er andere technieken voorhanden vanwege het brandgevaar. Zoals het veel veiliger aan elkaar föhnen met warme lucht van elkaar overlappende en uiteindelijk waterdichte delen dakbedekking.” Jasper: “Dat speelt vooral als je op een plat dak de dakbedekking aanbrengt onder een kapconstructie. Bij uitstek plekken met brandgevaar als je daar een traditionele brander gebruikt. Met de techniek waarbij je een föhn met hete lucht gebruikt komt er helemaal geen vuur meer aan te pas. Deze techniek hebben we tijdens de cursus geleerd en leerlingen komen dit later ook in het werkveld tegen als zij hiervoor kiezen.” Omdat de drie BWI-docenten bij Tectum de cursus dakdekken hebben gevolgd, ontvingen zij ook een starterspakket met instructiematerialen. Beroepsoriëntatie Dakdekker platte daken Vmbo-leerlingen, ook uit Twente, uit het tweede t/m het vierde leerjaar, kunnen bij Tectum een drie uur durende beroepsoriëntatie volgen. Op die manier ontdekken ze of dakdekken, vallend onder het nieuwe keuzedeel Daken en kapconstructies, iets voor hen is. Hierbij maken de leerlingen kennis met de kenmerken van het beroep, de gereedschappen en verschillende dakbedekkingsmaterialen. Ook demonstreert een vaktechnisch docent verschillende technieken. Daarna gaan de leerlingen onder begeleiding zelf aan de slag. Zij branden bitumen en föhnen pvc. Philipp: “Vanuit C.T. Stork College zouden we met de leerlingen BWI graag aan deze beroepsoriëntatie deelnemen vanaf het schooljaar 2023-2024.” En raken de leerlingen in de ban van dakdekken? Dan kunnen deze leerlingen na het afronden van het vmbo een officiële mbo opleiding volgen bij Tectum. Sponsoring door BMN Bouwmaterialen Hengelo Jasper heeft tot slot nog een belangrijke aanvulling: “Binnen het keuzedeel “Daken en kapconstructies” komt er uiteraard ook aandacht voor hellende daken. Leerlingen gaan hiervoor samen werken aan een kapconstructie. Daar hebben we materialen voor nodig zoals geïsoleerde dakplaten met dakpannen erop. BMN Bouwmaterialen Hengelo gaat ons met deze materialen sponsoren door deze aan te leveren. Daar zijn we hen heel dankbaar voor.” MENU

  • STO Café Enschede verstevigt verbinding

    STO Café Enschede verstevigt verbinding Elke subregio van STO Twente organiseert bij toerbeurt een STO Café. Dé plek om met alle STO-collega’s uit heel Twente bij te praten en kennis uit te wisselen. Op vrijdag 25 maart was het de beurt aan de STO subregio Enschede. En hoe kon het ook anders: het gloednieuwe Technolab vormde het inspirerende hart van het drukbezochte STO Café. Trots op bereikte resultaat Paulien de Jong is regioleider Sterk Techniek Onderwijs Enschede. Als dagvoorzitter opende zij het STO Café en sprak haar trots uit over wat we binnen STO Twente inmiddels met elkaar hebben bereikt. Gevolgd door een flitsend filmpje dat alle mogelijkheden van het Technolab in een notendop presenteerde. Het Technolab werd op dezelfde dag als het STO Café officieel geopend en wordt gebruikt door het Bonhoeffer College, Het Stedelijk Lyceum en het Zone.college. Het Technolab is een initiatief van Sterk Techniek Onderwijs Enschede en biedt oneindig veel mogelijkheden voor jonge mensen om zelf aan de slag te gaan met de meest innovatieve technologie. Ook leerlingen uit het Enschedese basisonderwijs zijn van harte welkom om alvast met de nieuwste technologie kennis te maken. Immers, het Technolab vervult een groeiende rol in de aansluiting op het W&T-onderwijs (Wetenschap & Techniek) in het primair onderwijs. Laat leerlingen techniek vanuit hun hart ontdekken Na de officiële opening kreeg gastspreker Mirjam Spitholt het publiek op het puntje van hun stoel met een vlammend betoog over het thema “Techniek & Gelukskunde’. Haar insteek? Laat leerlingen vanuit hun hart techniek ontdekken en je creëert gelukkige jonge mensen. Zelf aan de slag Na de meeslepende inleiding door Mirjam Spitholt kregen alle bezoekers van het STO Café de kans om zelf in het Technolab aan de slag te gaan. Alles stond klaar: materiaal, begeleiders én een heldere instructie. Na deze inspirerende sessie volgde nog een belangrijk onderdeel van het STO Café; bijpraten, ideeën uitwisselen en netwerken met STO-collega’s uit Twente. Het volgende STO Café? Dat staat gepland op 13 mei op het CT Storkcollege in Hengelo. MENU

  • BGT Talent Event opent ogen van leerlingen én ouders voor techniek

    BGT Talent Event opent ogen van leerlingen én ouders voor techniek Binnen Bedrijvencontact Gemeente Tubbergen (BGT) participeren veel vooral technische ondernemers. Op vrijdag 10, zaterdag 11 en zondag 12 juni organiseerden zij samen met TOF onderwijs (basisscholen), Zikke en Canisius het BGT Talent Event. Kinderen uit groep 7 en 8 en leerlingen van het voortgezet onderwijs konden in dat weekend voelen, proeven, ruiken en meehelpen op de werkvloer om bijvoorbeeld hun technische talent te ontdekken. Sg. Canisius uit Tubbergen, een super actieve vo-school, deed uiteraard volop mee! Drie dagen lang rondtrekken langs inspirerende hotspots Om ouders en hun kinderen een levensecht beeld te geven van wat het onderwijs en bedrijven in Tubbergen te bieden hebben, waren drie dagen lang in Tubbergen drie hotspots gemaakt waar kinderen en volwassenen op ontdekkingstocht gingen. Zo konden ze onder andere ontwerpen, programmeren, een drone besturen of het bouwterrein van de 21ste eeuw ervaren. Hotspot Sg. Canisius liet techniek brééd zien Eén van deze drie hotspots was op Sg. Canisius, een actief aan STO Twente deelnemende vo-school uit de subregio Almelo e.o.. Marleen Peddemors-Greftenhuis, docent en stagecoördinator aan het Canisius, en haar collega’s tekenden voor de vlekkeloze organisatie van deze hotspot: “Wij hadden vooral bedrijven uitgenodigd uit de branches waarin onze leerlingen uitstromen. Zoals een infrabedrijf, hoveniersbedrijf, landbouwmechanisatiebedrijf, fietsenmaker, metaalbedrijf, een installateur en meer. Maar ook gaven we ruimte aan de bedrijfsvakscholen SMEOT, Techniekhuis Twente en BAVO. Een mooie en drukbezochte mix van bedrijven en instellingen. Binnen het Canisius kregen al deze partijen drie dagen lang een perfect podium om zich te presenteren. Veel bedrijven lieten de leerlingen concreet iets doen en maken, in lijn met hun bedrijfsactiviteit.” Extra accent op technologie in de zorg Marleen benadrukt graag dat vooral de technologie in de zorg en welzijn enorm in opkomst is en daarom alle ruimte kreeg om zich te presenteren aan ouders en leerlingen: “Graag geef ik een compliment aan de Technologie & Zorg Academie Twente (TZA). Zij hebben drie dagen lang hun TZA-truck kosteloos gepresenteerd en voor iedereen opengesteld. Daar waren we enorm blij mee. Leerlingen en ouders denken bij techniek vaak alleen aan technische beroepen. Maar vooral in de zorg en ook welzijn is technologie steeds meer in opkomst, dat bleek heel duidelijk tijdens dit event. Zo zagen bezoekers dat technologie die bij ouderen wordt gebruikt, ook wordt ingezet bij mensen met een beperking. Veel bezoekers waren hierdoor verrast en stelden vragen over bijvoorbeeld de studie- en loopbaankansen voor hun kinderen in deze sectoren.” Ook aandacht voor Baanbrekend Leren Overigens, de subregio Almelo e.o. is actief met het concept Baanbrekend Leren, onder de vlag van STO Twente. Marleen: “Die gaven wij uiteraard ook een stand op onze hotspot in het Canisius. Daar kwam veel reactie op en we hebben Baanbrekend Leren tijdens dit weekend goed op de kaart kunnen zetten.” Hartverwarmend compliment Marleen heeft nog een leuke anekdote: “Een moeder vroeg aan haar kind wat hij leuker vond: de kermis verleden week of het BGT Talent Event? Het kind antwoordde vol overtuiging: het BGT Talent Event! Dat vond ik een hartverwarmend compliment. Ook waren er ouders die met hun kinderen drie dagen lang alle hotspots zijn langsgegaan. Zij maakten er een weekend lang een gezinsuitje van!” MENU

  • Van drone-project tot actieve leergemeenschap

    Van drone-project tot actieve leergemeenschap Het drone-project lééft in alle subregio’s van STO Twente! En de subregio Almelo eo vormt er direct een actieve leergemeenschap omheen. Dé ideale kans om hierin meerdere activiteiten vanuit STO te bundelen, zoals de professionalisering van de docenten. Drukbezochte eendaagse training In mei vonden voor de subregio Almelo eo twee eendaagse groepstrainingen plaats. Het Ondernemershuis in Vriezeveen stelde hiervoor gastvrij zijn deuren open. Vanuit de 9 deelnemende vmbo-scholen namen zowel een onderbouw (techniek) docenten als een bovenbouw (techniek/PIE) docenten deel. Deze eendaagse training was bedoeld om kennis te maken met drones. Aan bod kwamen theorie, vliegen, programmeren, de ervaringen van een vmbo-docent en uitleg over de verschillende drones. Docent Erik van Bunnik is kartrekker van de professionalisering van docenten: “De trainingsdagen leverden zeer positieve reacties op. De docenten ervaarden het als een mooie combi van theorie en praktijk. Na afloop is geïnventariseerd welke docenten enthousiast zijn en doorgaan voor het officiële drone-rijbewijs. Hiervoor staat een extra tweedaagse cursus. Voor de bovenbouw-docent betekent dit dat zo ook leren programmeren. De animo hiervoor onder de bovenbouwdocenten was groot.” Samen professionaliseren Erik: “Dit drones-project gaat over meerdere STO-activiteiten heen en daaruit is nu een leergemeenschap ontstaan. We gaan samen lesmateriaal ontwikkelen en zetten een gezamenlijk keuzevak drones op: één voor alle profielen en één verdiepend voor techniek. Door het samen ontwikkelen van lesmateriaal en het delen daarvan leren we van en met elkaar. In deze leergemeenschap borgen we dat we kennis ontwikkelen. En die kennis ook behouden binnen het overkoepelende drones-team, in plaats van per vmbo-school. Eveneens ontwikkelen we een speciaal drones-project voor de onderbouw met kleine zelfbouw drones en vliegen zonder brevet. Ook beginnende docenten nemen we zo mee in het traject.” Drone-pilot Freo ten Hove trad voor de groepstrainingen op als drone-instructeur. “Mijn focus ligt bij vmbo-docenten trainen en laten inzien hoeveel er in hun onderwijssituatie mogelijk is met drones. Drones hebben een enorme aantrekkingskracht op de jeugd en zijn een sterke magneet om ze met techniek kennis te laten maken. Ook krijgt zij een introductie in de wereld van het programmeren. Dat facet is niet meer weg te denken uit de techniek en de basis van dit programmeren leert de jeugd heel laagdrempelig via drones.” Kant-en-klare toolkit Eveneens komt er een kant-en-klare toolkit. Dit lesmateriaalpakket voor drones gaat efficiënt rouleren tussen de 9 vmbo-scholen. Het voordeel? De materialen zijn altijd compleet en direct werkend met opgeladen accu’s. Erik: “Je kunt er als docent dus direct mee aan de slag in een lessituatie waardoor de animo niet verflauwt, omdat je eerst technisch nog van alles moet organiseren. Twee docenten hebben hiervan alle kennis en kunnen hun collega-docenten trainen.” Doorlopende leerlijn Erik: “We willen leerlingen vanaf de basisschool enthousiast maken voor drones en een doorlopende leerlijn realiseren. Vanaf alle profielen voor klas 1 en 2 van de onderbouw tot en met een concreet keuzevak binnen PIE in de bovenbouw. Op twee van de negen vmbo’s gaan we dit standaard als keuzevak inroosteren. Omdat we de leerlingen voor álle keuzevakken op woensdagmiddag vrij gaan roosteren, kunnen zij dit altijd in hun regio volgen.” MENU

  • Keuzevak Koudetechniek actief ondersteund door NVKL

    Keuzevak Koudetechniek actief ondersteund door NVKL Een aantal vmbo-scholen in Twente biedt, samen met NVKL, het keuzevak koudetechniek aan. zoals de STO subregio’s Almelo e.o. en Enschede. NVKL is de brancheorganisatie voor luchtbehandeling en koude- en klimaattechniek. Zij waren weliswaar bij de aftrap in 2019 geen officiële partner van STO Twente, maar hun positieve inzet voor het keuzevak Koudetechniek valt daar ondertussen wel onder. Brenda Witzier werkt bij de NVKL als projectmanager onderwijs en arbeidsmarkt: “De vmbo-leerlingen leren heel veel op school, maar het is waardevol als zij ook in de praktijk ervaren wat koudetechniek kan bieden. De onbekendheid met de mogelijkheden is nog groot. Daar helpen we ook graag de vmbo-scholen bij die onder de vlag van STO Twente samenwerken.” Warm laten lopen voor koudetechniek Voor het keuzevak Koudetechniek voor het vmbo heeft NVKL een complete lesmethode ontwikkeld. Deze lesstof kent een integratie in digitale lesmethoden zoals het veelgebruikte Elodigitaal. Mede daardoor heeft koude- en klimaattechniek een vaste plek gekregen of gaat die krijgen op inmiddels bijna 50 vmbo-scholen in Nederland waaronder in Twente. Brenda: “We hopen dat leerlingen die op het vmbo kennis hebben gemaakt met koudetechniek voor een vervolgopleiding op het mbo in de koudetechniek kiezen. De lesmethode laat vmbo-leerlingen kennismaken met ons mooie vak. Door hier actief mee bezig te zijn, verwachten we een grotere doelgroep te bereiken dan voorheen.” Waarom is deze inzet op meer instroom in de lijn vmbo-mbo voor NVKL belangrijk? Brenda: “In 2020 werkten er ongeveer 65.000 medewerkers in onze branche. We hebben berekend dat we in 2030 87.500 mensen nodig hebben. Bijvoorbeeld de groei van warmtepompen is hier debet aan, maar onder andere ook de toegenomen vraag naar koeling vanuit de industrie. Ook de vervangingsvraag in het monteursbestand groot door de vergrijzing. Opgeteld hebben we heel veel nieuwe (service)monteurs en engineers nodig.” Urgentie van meer instroom Brenda is bij NVKL werkzaam als projectmanager onderwijs en arbeidsmarkt: “Deze functie geeft de urgentie aan die wij voelen bij meer instroom. We zijn een relatief kleine branche en moeten zelf actief ons onderwijs genereren, daarom hebben we mede ons opleidings- en expertisecentrum GO° in Ede opgericht. Een aantal ROCs in Nederland geeft de opleiding koeltechniek en die helpen we met leermiddelen. Ook met hun docenten overleggen we regelmatig. Maar we besteden ook veel aandacht aan koudetechniek via vooral het keuzevak Koudetechniek.” Complete lesmethode De complete lesmethode die aan de scholen, zoals ook het vmbo, wordt aangeboden, bestaat uit lesmateriaal in boekvorm of e-learning, voorzien van animaties en filmpjes. De stof gaat in op de werking van een koudesysteem, met daarin vijf praktijkopdrachten voor de leerlingen. Daarnaast worden docenten ondersteund met bijvoorbeeld toetsvragen, een training en materialenlijst, Ook voor de schooldirectie, ouders en leerlingen is informatie beschikbaar. Bij het afsluiten van het keuzevak met een positief resultaat ontvangt de leerling een NVKL-certificaat. Brenda: “Vorig jaar zijn de vmbo-leermiddelen weer eens goed tegen het licht gehouden en aangepast. Afgelopen zomer is een nieuwe opdracht toegevoegd als alternatief voor de blikjeskoeler; het maken van een mini-ijsbaantje.” Een tip: scholen kunnen een subsidie aanvragen die samen met het O&O fonds wordt uitgegeven om een start te kunnen maken met het keuzevak. Brenda: “Daarmee halen de vmbo-scholen genoeg materialen en middelen in huis om de praktijkopdrachten voor een groep van ongeveer acht leerlingen twee jaar te kunnen uitvoeren.” Online meeting voor vmbo-docenten Brenda: “Er zijn nu bijna 50 vmbo-scholen in Nederland die iets doen met koeltechniek, ook in Twente. Een aantal vmbo-docenten gaf aan dat zij het leuk zou vinden om eens in een online meeting bij elkaar te komen. Met als doel informatie uit te wisselen over het keuzevak Koudetechniek, de veranderingen in koeltechnisch Nederland, ideeën over opdrachten of toetsen te delen en nieuwe ontwikkelingen te bespreken. Deze online meeting was gepland op maandag 13 november. Gewoon om eens uit te proberen of de docenten dat handig zouden vinden.” Meerdere docenten PIE namen hier aan deel, ook vanuit STO Twente. Ook Eric Raanhuis, docent PIE op het Noordik en kartrekker STO Almelo e.o., nam daaraan deel. Brenda: “De deelnemende docenten hadden goede suggesties om de leermiddelen voor het keuzevak Koudetechniek nog beter te laten aansluiten bij de belevingswereld van de leerlingen. Vanaf 2024 gaan we met die suggesties concreet aan de slag.” Hulp bij vinden van passende bedrijven Vmbo-scholen die met het keuzevak Koudetechniek aan de slag willen, kunnen ook terugvallen op de NVKL om in hun schoolomgeving lidbedrijven te vinden om daar samen mee het keuzevak Koudetechniek uit te voeren. Brenda: “Daar is veel behoefte aan want ook vmbo-scholen vinden het vaak lastig om de bijpassende koeltechnische bedrijven te vinden.” Bijvoorbeeld de STO subregio Enschede werkt voor het keuzevak Koudetechniek samen met NVKL lidbedrijven Emondt Koeltechniek en Pool Koudetechniek. En de STO subregio Almelo e.o. bouwde inmiddels een goede band op met het bedrijf Airco-Joop. Het allerleukste voor de leerlingen is natuurlijk wanneer zij eens bij een koeltechnisch bedrijf in de werkplaats aan praktijkopdrachten kunnen werken.” Docententrainingen voorjaar 2024 De eerstvolgende NVKL vmbo-docententraining vindt plaats in het voorjaar van 2024, ook daar kunnen docenten van de deelnemende scholen vanuit STO Twente zich voor aanmelden. Deze vindt plaats in het opleidingscentrum GO° in Ede. Brenda: “Bij voldoende belangstelling willen we in 2024 eveneens weer een ééndaagse opfristraining voor docenten houden die de algemene training al hebben gevolgd. Heb je hier belangstelling voor? Meld je dan gerust aan.” MENU

  • “Met de verbinding tussen STO Twente en ROC van Twente realiseren we inmiddels concrete doelen”

    “Met de verbinding tussen STO Twente en ROC van Twente realiseren we inmiddels concrete doelen” ROC van Twente is een belangrijke samenwerkingspartner van STO Twente. In een eerder interview in deze nieuwsbrief met John van der Vegt van de Stuurgroep van STO Twente pleitte hij voor een nog stevigere samenwerking. Een insteek die wordt gedeeld door Herman Tijhuis. Hij is teammanager van het MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek van ROC van Twente: “Alles draait erom dat ROC van Twente meehelpt om vmbo-leerlingen zo vroeg mogelijk de juiste keuze voor techniek te laten maken.” Vmbo-leerlingen bereiken via samenwerkingen Herman is een groot voorstander van de doelen van STO Twente: “De instroom vanuit het vmbo in de techniek is waardevol voor de toekomst van Twente. Om deze leerlingen vanuit ROC van Twente al te kunnen bereiken als zij nog op het vmbo zitten, gaan we samenwerkingen aan met opleiders zoals SMEOT. Neem de stagemarkt die ROC van Twente en SMEOT jaarlijks organiseren, dit jaar met maar liefst 90 deelnemende techniekbedrijven uit de regio. Dit jaar hadden we in september de primeur dat ook de vmbo-leerlingen van het C.T. Stork College uit Hengelo hiervoor op bezoek kwamen.” Elders in deze nieuwsbrief staat een apart artikel over deze recente stagemarkt. Techniektalenten vroegtijdig spotten Herman: “Maar vergeet niet: we ontmoeten deze vmbo-leerlingen ook al als zij keuzedelen komen volgen. En ook spotten wij hun talent al vroegtijdig als zij in het skillscenter van SMEOT op bezoek komen. Hier maken deze vmbo-leerlingen kennis met alle facetten: mechatronica, constructie en verspanen. Je staat er toch iedere keer versteld van dat er voor veel leerlingen een wereld aan techniek opengaat. Ze kunnen hieraan in alle rust aan ruiken en er kennis mee maken. Met de stagemarkt en de keuzedelen hopen wij hun keuze voor techniek stevig te stimuleren.” STO Twente in samenwerking met ROC van Twente helpt met name de vmbo-leerlingen de juiste keuze te maken, benadrukt Herman: “Dat is van groot belang, vooral als je tot je door laat dringen hoe jong ze nog zijn als ze moeten kiezen. Hoe meer en vroegtijdig wij hen alle techniekmogelijkheden laten zien, hoe meer die keuze kan komen te vallen op techniek. En dat is toch het gezamenlijke doel van zowel ROC van Twente en STO Twente.” Nóg meer de connectie zoeken Herman heeft een aanbeveling voor de samenwerking tussen ROC van Twente en STO Twente: “Ten eerste door blijven gaan op de ingeslagen weg. Tegelijkertijd pleit ik ervoor nóg meer de connectie te zoeken met elkaar, het kan altijd beter.” Dat de samenwerking zijn vruchten begint af te werpen is zichtbaar in de samenwerking tussen ROC van Twente en SMEOT: “De instroom vanuit het technisch vmbo hebben we op peil weten te houden. Die instroom zou eigenlijk lager moeten zijn als je kijkt naar de demografische ontwikkelingen. We bereiken dus met elkaar concreet doelen! Laten we samen met STO Twente op die ingeslagen weg doorgaan.” MENU

  • Masterclass Kartrekker: inspirerende combi van denken en doen

    Masterclass Kartrekker: inspirerende combi van denken en doen Dit voorjaar organiseerde STO Twente twee Masterclasses voor haar vmbo-docenten, projectleiders en teamleiders. Hierin krijgen zij heel praktisch de vaardigheden aangereikt voor het versterken van de kwaliteit van toekomstbestendig technisch beroepsonderwijs. De tweede drukbezochte Masterclass Kartrekker vond plaats op 20 mei. Gegeven door Maria Hendriks en ondersteund door Maaike Vervoort. Een gevarieerde mix van theorie, filmpjes, voorbeelden en inspirerende oefeningen in groepjes en ook: concrete tools en handvatten. Een verbindende factor tijdens de Masterclass was de interactieve inzet van de lessonup app. Veel vragen bij ontwikkeling van nieuw techniekonderwijs Maria Hendriks is sinds 2015 Academic Director TechYourFuture. Eveneens is zij Academic Director Master Leren en Innoveren en kerndocent Innoveren en Veranderen. Helder zette zij het doel van de Masterclass Kartrekker uiteen: “Het doeltreffend en duurzaam samenwerken aan nieuw techniekonderwijs binnen STO Twente met collega’s uit de school en in de regio, en ook met partners van buiten, blijkt vaak een uitdaging. Hoe begin je en hoe houd je iedereen betrokken? Wat zorgt ervoor dat je van een klein begin tot een duurzame vernieuwing komt? Wat zijn achterliggende opvattingen die succesvolle vernieuwing in teams en netwerken bepalen? En wat betekent dit voor je eigen handelen als docent, projectleider en teamleider? De deelnemers werden als kickoff uitgenodigd om in setjes van twee aan elkaar te vertellen wat zij inmiddels op onderwijsgebied al bereikt hebben vanuit de doelstellingen van STO Twente. “Zet je je netwerk in voor onderwijsvernieuwing? Dan spelen drie facetten van je netwerk een rol: dichtheid, wederkerigheid en centralisatie” Veelzijdige opbrengst In deze Masterclass gingen de docenten in hun rol als kartrekker aan het werk met het samenwerken in teams en netwerken om nieuw techniekonderwijs te ontwikkelen. Ook kregen zij concrete tools om deze samenwerking nog beter te benutten. De opbrengst was veelzijdig. De kartrekkers maakten kennis met de wijze waarop leren en innoveren in teams en netwerken plaatsvindt. Ook brachten zij hun eigen professionele netwerk in kaart en werden zij gestimuleerd na te denken over hoe je dat kunt opbouwen en onderhouden voor kennisdeling en samenwerken. Eveneens maakten zij kennis met een model om weerstand en betrokkenheid beter te begrijpen en ook passende interventies te benutten. “Technische onderwijsverandering loopt langs drie stappen: adoptie, implementatie en institutionalisering” Ontdek je eigen verandervoorkeuren Ook leerzaam was de speelse manier waarop de deelnemers hun eigen verandervoorkeuren leerden kennen én die van hun team/netwerk. Via de lessonup app konden de deelnemers aangeven welk type onderwijsinnovator zij in zichzelf herkenden: een ziener van kansen, een praktisch gerichte ondernemer of meer het type dat goed is in het incorporeren van het bij onderwijsinnovatie behorende gedragsrepertoire. De meeste deelnemers herkenden zich in de eerste twee typen onderwijsinnovators. De psychologie van veranderen Eén van de eye openers van de Masterclass Kartrekker was een filmpje van veranderexpert Ben Tichelaar. Hij legde transparant uit hoe een geslaagde onderwijsverandering is gebaseerd op twee pijlers: anders denken en vervolgens anders doen. Beide facetten kunnen niet zonder elkaar. Ook benadrukte Ben dat elke vernieuwing, ook in het techniekonderwijs, altijd klein begint. Je start en vervolgt met kleine stapjes. Samen bouwen aan een beweging Klein beginnen en vervolgens samenbouwen aan een beweging die steeds groter wordt is een andere manier om naar verandering te kijken en om innovaties in de praktijk te kunnen versterken. Dit perspectief bouwt voort op het werk van Suzanne Verdonschot: “Van kleine doorbraak naar grootschalige vernieuwing”. Suzanne onderscheidt drie activiteiten die mensen ondernemen als ze bouwen aan een beweging, namelijk: verbreden, verdiepen en vernieuwen. Een uitdagende doe-activiteit tijdens de Masterclass was het in groepjes beantwoorden van vragen vanuit een setje kaartjes op het vlak van onderwijsvernieuwing, houding daarin, verwachtingen van elkaar en de manier van samenwerken daarin. Strategieën die deelnemers (kunnen) gebruiken om te verbreden en te verdiepen stonden daarbij ventraal. “Doeltreffend en duurzaam samenwerken aan nieuw techniekonderwijs? ‘Change is a process, not an event’.” Inventarisatie onderwerpen nieuwe Masterclasses Tot slot konden de deelnemers stemmen op mogelijke onderwerpen voor nieuw te organiseren STO Twente Masterclasses in het schooljaar 2022 – 2023. Een korte sessie waarin met veel enthousiasme op een keur aan onderwerpen werd gestemd, van keuzevakken tot onderwijstechnologie. Tot slot werd aan alle deelnemers een certificaat van deelname uitgereikt, ook voor hun eventuele deelname aan de vorige Masterclass Onderwijsontwerpen. MENU

  • Techniek van de toekomst? Die maken jonge vmbo’ers gewoon zelf…

    Techniek van de toekomst? Die maken jonge vmbo’ers gewoon zelf… Tijdens Girls’ Day eind oktober liet het C.T. Stork College uiteraard de jongens ook niet zitten. De tweedejaars leerlingen beleefden een actieve ‘Boys’ Day’ in het Hengelose Oyfo. Lydia de Winter is LOB-coördinator en docent Nederlands: “De tweedejaars leerlingen bepalen april 2022 hun profiel en dit bezoek helpt hen om een besluit te nemen om voor techniek te kiezen.” Oyfo: techniek van de toekomst Oyfo is een verrassende plek met een Techniekmuseum, een Kunstenschool en een Kunstpodium, waar iedereen welkom is. Lydia: “Oyfo is een inspirerende ontmoetingsplek waar je als scholier kunt komen om te onderzoeken, samen te werken, te leren en te maken. Daarbij zet Oyfo techniek prominent in. Daarom past een bezoek precies in de doelstellingen van STO Twente.” Oyfo is recent vernieuwd. Lydia: “Niet alleen biedt het een inkijkje in hoe techniek in het verleden een rol speelde in het leven van mensen, maar vooral ook nu en in de toekomst.” Van plan tot praktijk Naast de rondleiding gingen de jongens concreet aan de slag in de workshops: “Vooraf hadden ze les gehad in duurzame energie, een actueel item. Ook maakten ze op school al ontwerpen met duurzaamheid als thema. Zoals een duurzame landbouwrobot van de toekomst. Met daarbij een tweedelige insteek: wat moet een landbouwrobot volgens de jongens überhaupt kunnen en hoe zet je daar duurzame energie voor in?” Of ook uitdagend: ontwerp een kledingstuk van de toekomst met toepassing van techniek. Bijvoorbeeld met een ingenaaid zendertje in kinderkleding zodat je altijd weet waar je kind is. Andere leerlingen hadden zich weer gestort op het ontwerpen van een toekomstig huis met daarin verschillende duurzame snufjes verwerkt. Met veel enthousiasme maakten de leerlingen mooie en slimme ontwerpen. Lydia: “Vervolgens kregen ze de kans om hun ontwerpen in de workshops van Oyfo te realiseren, uiteraard onder begeleiding van de docenten van Oyfo.” Inspirerend en motiveren “Nadenken over wat zij kunnen betekenen voor onze wereld en de toekomst, met toepassing van techniek, blijkt jonge leerlingen enorm te inspireren en motiveren. En vooral ook: hoe kunnen zij daar hun bijdrage aan leveren door voor techniek te kiezen? Het was zó leuk en interessant, dat we volgend jaar met alle tweedeklassers, dus jongens én meiden, willen terugkomen bij Oyfo.” Ondersteuning bij profielkeuze Dit uitstapje is volledig gemoduleerd naar de speciale LOB-methode van C.T. Stork College: “Dat betekent de leerlingen zich op school op het bezoek voorbereiden, actief deelnemen aan het bezoek en tot slot maken ze een reflectie: wat heb ik geleerd en wat kan of wil ik hiermee in de toekomst? Deze tweedejaars leerlingen bepalen april 2022 hun profiel en dit bezoek helpt hen om een besluit te nemen om voor techniek te kiezen”, aldus de enthousiaste Lydia. MENU

Zoek

bottom of page